Vragen Vestering over de maximale tempe­ratuur bij dier­trans­porten


Indiendatum: 9 sep. 2022

Vragen van het lid Vestering (Partij voor de Dieren) aan de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de maximale temperatuur bij diertransporten

  1. Wat vindt u er van dat afgelopen zomer op verschillende plekken in Nederland wéér dieren zijn aangetroffen die leden aan extreme hittestress tijdens transport naar het slachthuis op hete dagen?[1]
  2. Herinnert u zich dat de Kamer u in juli 2021 opriep om geen diertransporten meer toe te staan bij een temperatuur boven de 30 graden, maar dat er volgens u niet voldoende wetenschappelijke onderbouwing was om de temperatuur generiek te verlagen?[2]
  3. Heeft u gezien dat de EFSA (European Food Safety Authority) inmiddels haar verwachte adviezen heeft uitgebracht over dierenwelzijn tijdens transport?[3],[4],[5],[6],[7]
  4. Heeft u gezien dat de EFSA niet alleen stelt dat dieren meer ruimte moeten krijgen tijdens transport, maar ook duidelijke grenzen stelt aan de maximale temperatuur waarboven dieren niet meer moeten worden vervoerd?
  5. Heeft u gezien dat EFSA op basis van wetenschappelijke studies concludeert dat biggen, varkens en zeugen niet meer moeten worden vervoerd boven een temperatuur van respectievelijk 30, 25 en 22 graden, gezien de grote kans op ernstige hittestress?
  6. Heeft u gezien dat EFSA op basis van wetenschappelijke studies concludeert dat koeien niet meer moeten worden vervoerd boven een temperatuur van 25 graden, gezien de grote kans op ernstige hittestress?
  7. Heeft u gezien dat EFSA op basis van wetenschappelijke studies concludeert dat ongeschoren schapen niet meer moeten worden vervoerd boven een temperatuur van 28 graden en geschoren schapen bij 32 graden, gezien de grote kans op ernstige hittestress?
  8. Wanneer en op welke manier gaat u aan de slag met het wettelijk vastleggen van deze maximum temperaturen?
  9. Kunt u deze één voor één en binnen de daarvoor gestelde termijn beantwoorden?

[1] https://www.bnnvara.nl/zembla/artikelen/beelden-van-oververhitte-varkens-bij-slachterij-vion
[2] Kamerstuk 35 830-XIV, nr. 10, Motie van het lid Vestering over de maximale temperatuur voor diertransporten verlagen naar 30 graden
[3] https://www.efsa.europa.eu/en/efsajournal/pub/7445
[4] https://www.efsa.europa.eu/en/efsajournal/pub/7442
[5] https://www.efsa.europa.eu/en/efsajournal/pub/7441
[6] https://www.efsa.europa.eu/en/efsajournal/pub/7404
[7] https://www.efsa.europa.eu/en/efsajournal/pub/7444

Indiendatum: 9 sep. 2022
Antwoorddatum: 11 okt. 2022

1

Wat vindt u ervan dat afgelopen zomer op verschillende plekken in Nederland wéér dieren zijn aangetroffen die leden aan extreme hittestress tijdens transport naar het slachthuis op hete dagen?

Antwoord

Ik vind dat dieren hittestress bespaard moet blijven. Op de door Zembla getoonde beelden waren varkens te zien waarbij tekenen van hittestress zichtbaar waren en dat is heel naar om te zien. Ieders inzet moet erop gericht zijn om dit te voorkomen. De NVWA heeft extra gecontroleerd tijdens de warme periodes. Daar waar onnodig lijden kon worden vastgesteld, zijn rapporten van bevindingen opgemaakt. De NVWA verwerkt op dit moment de uitkomsten van de inspecties tijdens de zomer, die worden in november in het kader van de evaluatie van het nationaal plan voor veetransport bij extreme temperaturen geëvalueerd. Uw Kamer zal over de uitkomsten van deze evaluatie worden geïnformeerd.

2

Herinnert u zich dat de Kamer u in juli 2021 opriep om geen diertransporten meer toe te staan bij een temperatuur boven de 30 graden, maar dat er volgens u niet voldoende wetenschappelijke onderbouwing was om de temperatuur generiek te verlagen?

Antwoord

Ja deze motie is mij bekend. In de “Verzamelbrief dierenwelzijn”, die op 14 april 2022 naar uw Kamer is gestuurd (Kamerstuk 28 286, nr. 1255), licht minister Staghouwer toe dat met de wetenschappelijke kennis van dat moment, geen generieke verlaging in de beleidsregel mogelijk was.

3

Heeft u gezien dat de EFSA (European Food Safety Authority) inmiddels haar verwachte adviezen heeft uitgebracht over dierenwelzijn tijdens transport?

Antwoord

Ja. De Europese Commissie heeft in het kader van de herziening van de transportverordening[1] om advies van de EFSA gevraagd. Op woensdag 7 september publiceerde de EFSA een vijftal wetenschappelijke adviezen over het welzijn van dieren tijdens transport op haar website. De rapporten beschrijven uitgebreid de gangbare praktijken van alle stadia van diertransporten en de consequenties voor het welzijn van dieren. Ze sluiten af met aanbevelingen.

4.

Heeft u gezien dat de EFSA niet alleen stelt dat dieren meer ruimte moeten krijgen tijdens transport, maar ook duidelijke grenzen stelt aan de maximale temperatuur waarboven dieren niet meer moeten worden vervoerd?

Antwoord

Ja. Het verheugt mij dat EFSA hierin mijn inzet voor de aankomende herziening van de EU transportverordening steunt. Ik verwijs de Kamer graag naar de position paper die samen met Denemarken, Duitsland, Zweden en België is opgesteld (bijlage bij de geannoteerde agenda van de Landbouw- en Visserijraad van 18 juli 2022, Kamerstuk 21501-32, nr. 1452). Daar vragen we onder andere om meer ruimte voor de dieren en duidelijkere temperatuurgrenzen. De Europese Commissie verwacht eind volgend jaar met voorstellen tot wijziging van de transportverordening te komen.

5.

Heeft u gezien dat EFSA op basis van wetenschappelijke studies concludeert dat biggen, varkens en zeugen niet meer moeten worden vervoerd boven een temperatuur van respectievelijk 30, 25 en 22 graden, gezien de grote kans op ernstige hittestress?

Antwoord

Het EFSA-rapport “Welfare of pigs during transport” bevat een brede analyse van de microklimatische omstandigheden tijdens varkenstransporten. In de conclusies wordt onder andere aangegeven dat de temperatuur, luchtvochtigheid, thermische radiatie, temperatuur van omliggende oppervlakten en windsnelheid de warmtebelasting van dieren tijdens transport beïnvloeden. Deze factoren zouden in theorie allemaal meegenomen moeten worden bij de beoordeling van de microklimatische omstandigheden van varkens. De temperatuur en luchtvochtigheid worden als belangrijkste factoren gezien. In de aanbevelingen staat dat de temperatuur in de transportmiddelen de “upper critical temperatures” (UCT) niet zou moeten overschrijden, om de risico’s op welzijnsconsequenties, veroorzaakt door blootstelling aan hoge effectieve temperaturen, te verkleinen. Deze is geschat op respectievelijk 30, 25 en 22 graden voor biggen van ongeveer 30 kg, varkens en zeugen.

6.

Heeft u gezien dat EFSA op basis van wetenschappelijke studies concludeert dat koeien niet meer moeten worden vervoerd boven een temperatuur van 25 graden, gezien de grote kans op ernstige hittestress?

Antwoord

Het EFSA-rapport “Welfare of cattle during transport” noemt in de conclusies dezelfde factoren als die in het rapport over varkens, die in theorie allemaal in ogenschouw genomen moeten worden om de microklimatische omstandigheden van runderen tijdens transport te beoordelen. De temperatuur en luchtvochtigheid worden weer als belangrijkste factoren aangemerkt. In de aanbevelingen staat dat de temperatuur in de transportmiddelen niet de UCT van zou moet overschrijden, om de risico’s op welzijnsconsequenties, veroorzaakt door blootstelling aan hoge effectieve temperaturen, te verkleinen. De conclusies uit het EFSA-advies geven 25 graden als schatting van de UCT voor runderen.

7.

Heeft u gezien dat EFSA op basis van wetenschappelijke studies concludeert dat ongeschoren schapen niet meer moeten worden vervoerd boven een temperatuur van 28 graden en geschoren schapen bij 32 graden, gezien de grote kans op ernstige hittestress?

Antwoord

Ook het EFSA-rapport “Welfare of small ruminants during transport” bevat een brede analyse van de microklimatische omstandigheden tijdens transporten van kleine herkauwers. De factoren relatieve luchtvochtigheid, thermische radiatie, temperatuur van omliggende oppervlakten en windsnelheid worden wederom genoemd, om in theorie allemaal in ogenschouw te nemen om de microklimatische omstandigheden van schapen tijdens transport te beoordelen. Ook hier zijn temperatuur en luchtvochtigheid als belangrijkste factoren aangemerkt. In de aanbevelingen staat dat de temperatuur in transportmiddelen met schapen niet de UCT zou moeten overschrijden, om de risico’s op welzijnsconsequenties, veroorzaakt door blootstelling aan hoge effectieve temperaturen, te verkleinen. De UCT wordt geschat op 27 graden voor ongeschoren schapen en 32 graden voor geschoren schapen.

8.

Wanneer en op welke manier gaat u aan de slag met het wettelijk vastleggen van deze maximum temperaturen?

Antwoord

De borging van het dierenwelzijn tijdens transporten is Europees geregeld via de transportverordening. Deze verordening is rechtstreeks van toepassing in Nederland en bevat niet de hierboven beschreven temperatuurgrenzen, maar meer algemene normen. Voor de aanpassing van de transportverordening zet Nederland zich samen met andere Europese landen in, zoals ik bij het antwoord op vraag vier heb beschreven.

Niettemin, de transportverordening kent in artikel 3 de algemene bepaling dat het verboden is “dieren te vervoeren of te laten vervoeren op zodanige wijze dat het de dieren waarschijnlijk letsel of onnodig lijden berokkent”. Wat waarschijnlijk letsel of onnodig lijden vanwege hitte betreft, wordt nu beschreven in de EFSA-rapporten. Daarom bezie ik momenteel de mogelijkheden om de EFSA-uitkomsten toe te passen in een beleidsregel, vergelijkbaar met hoe ik in 2020 de Beleidsregel voor diertransport bij hoge temperaturen heb opgesteld. Ik betrek de NVWA en de relevante sectorpartijen hierbij, vooral ook voor de noodzakelijke aandacht voor uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid. Uiteraard zal ik de Tweede Kamer hierover informeren.

9.

Kunt u deze vragen één voor één en binnen de daarvoor gestelde termijn beantwoorden?

Antwoord

Ik heb mij ingespannen uw vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


[1] Verordening (EG) nr. 1/2005 van de Raad van 22 december 2004 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG en 93/119/EG en van Verordening (EG) nr. 1255/97

Interessant voor jou

Vragen Wassenberg en Haverkort over de campagne ‘koop geen kortsnuit’

Lees verder

Vragen Wassenberg over het falen van het Nederlandse aalbeheerplan

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer