Vragen Kostic over de lande­lijke vrij­stel­lings­lijst en het toch niet uitvoeren van een aange­nomen motie, vlak na gesprekken met de jagers­lobby


Indiendatum: 28 feb. 2024

Vragen van het lid Kostić (Partij voor de Dieren) aan de minister van Natuur & Stikstof over het aanpassen van antwoorden op schriftelijke vragen over de landelijke vrijstellingslijst en het toch niet uitvoeren van een aangenomen motie, vlak na gesprekken met de jagerslobby.

  1. Kunt u bevestigen dat de Tweede Kamer een motie van de Partij voor de Dieren heeft aangenomen waarmee de regering wordt verzocht om diersoorten die in hun voortbestaan worden bedreigd per direct van de landelijke vrijstellingslijst af te halen?[1]
  2. Kunt u bevestigen dat u op 15 februari jl. in antwoorden op schriftelijke vragen het volgende schreef aan de Kamer: ‘Om aan de motie tegemoet te komen, zal ik voorbereidingen treffen voor het intrekken van de vrijstelling en de aanwijzing van konijn, houtduif en kauw’?[2]
  3. Kunt u bevestigen dat er op 19 februari een gesprek heeft plaatsgevonden tussen ambtenaren van het ministerie van LNV en de Jagersvereniging?[3]
  4. Kunt u in detail omschrijven (met een tijdslijn) hoe dit gesprek zo snel tot stand is gekomen? Is hierover sinds de beantwoording van de Kamervragen op 15 februari telefonisch, app- en/of mailcontact over geweest, en zo ja tussen wie precies, van wie kwam het initiatief en wat is er gezegd?
  5. Kunt u uitleggen of het normaal is dat deze lobbyclubs door het ministerie van LNV zo snel (binnen vier dagen na beantwoording van de Kamervragen) worden bediend? Kunt u drie concrete voorbeelden noemen van een situatie waarbij bijvoorbeeld dierenwelzijnsorganisaties, op deze manier en zo snel zijn bediend? Zo nee, waarom niet?
  6. Welke andere organisaties waren vertegenwoordigd bij dit gesprek?
  7. Kunt u bevestigen dat het tijdens dit gesprek is gegaan over de antwoorden op de schriftelijke vragen?
  8. Kunt u bevestigen dat o.a. de jagerslobby tijdens dit gesprek hun ongenoegen heeft geuit over de voorbereidingen die worden getroffen over het beperken van de jacht op konijnen, houtduiven en kauwen?
  9. Kunt u het verslag van dit gesprek en alle correspondentie hierover (de correspondentie over de aanloop naar het gesprek en de conclusies en afronding erna) delen met de Tweede Kamer (uiteraard kunnen namen worden weggelaten)? Zo nee, waarom niet?
  10. Kunt u bevestigen dat uw ambtenaren hebben aangegeven later die week een terugkoppeling te geven over hoe er nu verder met de antwoorden wordt omgegaan?
  11. Kunt u bevestigen dat uw antwoorden op de schriftelijke vragen op 20 februari, één dag na het plaatsvinden van dit gesprek, zijn aangepast?[4]
  12. Kunt u bevestigen dat onder meer de eerder genoemde passage is geschrapt en is vervangen door: ‘Ik ben met provincies en betrokken belangenorganisaties in gesprek over hoe invulling aan deze motie te geven’?
  13. Kunt u bevestigen dat u de Kamer niet heeft geïnformeerd over deze wijziging, maar dat simpelweg de oorspronkelijke antwoorden offline zijn gehaald en zijn vervangen door de aangepaste antwoorden? Waarom heeft u de Kamer hier niet over geïnformeerd?
  14. Wordt de hierboven geschetste gang van zaken − waarbij specifieke belangenclubs op zeer korte termijn na beantwoording van Kamervragen op gesprek worden uitgenodigd en waarna vervolgens de beantwoording van Kamervragen wordt aangepast − overal binnen het ministerie, maar ook bij andere ministeries, gezien als een standaardproces? Kunt u drie andere recente voorbeelden noemen waarbij dit zo is gedaan? Zo nee, waarom niet?
  15. Ziet u in dat de hierboven geschetste gang van zaken overkomt alsof u bent gezwicht voor de jagerslobby? Zo nee, waarom niet?
  16. Erkent u dat de opdracht van de Tweede Kamer, zoals verwoord in de aangenomen motie, belangrijker is dan de wens van de jagerslobby?
  17. Erkent u dat als het gaat om de landelijke vrijstellingslijst voor de soorten die worden bedreigd, de Tweede Kamer primair beslist, en niet de provincies?
  18. Erkent u dat het voor de rechtsstaat en vertrouwen in de overheid belangrijk is om de wet na te leven en dus ook de Natuurbeschermingswet die stelt dat dieren die in hun voortbestaan worden bedreigd, of dat gevaar lopen, niet bejaagd mogen worden? Zo nee, waarom niet?
  19. Kunt u bevestigen dat u alsnog voorbereidingen treft om de vrijstelling en de aanwijzing van konijn, houtduif en kauw zo snel mogelijk in te trekken? Zo nee, waarom niet en hoe rijmt u dat met de Natuurbeschermingswet en de heldere opdracht van de Tweede Kamer?
  20. Kunt u deze vragen één voor één en binnen de daarvoor gestelde termijn beantwoorden?

[1] Motie van het lid Akerboom over diersoorten die in hun voortbestaan worden bedreigd per direct van de landelijke vrijstellingslijst af halen (36410-XIV-9)
[2] Antwoorden op vragen van het lid Akerboom over de landelijke vrijstellingslijst (deze versie is offline gehaald)
[3] Stevig en constructief gesprek over kamerbrief halveren vrijstellingslijst - De Jagersvereniging
[4] Antwoorden op vragen van het lid Akerboom over de landelijke vrijstellingslijst (nieuw versie)

Interessant voor jou

Vragen Teunissen over het bericht dat Shell honderden miljoenen heeft verdiend aan het ETS-systeem

Lees verder

Vragen Kostic over een via Nederland verspreide tuber­culose-uitbraak bij apen die als proefdier worden gebruikt

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer