Kamer­vragen aan de ministers van VROM, LNV en van Financiën over de regeling groen­pro­jecten.


Indiendatum: feb. 2010

Vragen van het lid Thieme (Partij voor de Dieren) aan de ministers van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en van Financiën over de regeling groenprojecten.

1. Kent u het bericht 'Trage besluitvorming groenprojecten rekt groenfinanciering MDV-stal1 ?

2. Is het waar dat banken op dit moment moeite hebben voldoende nieuwe projecten te vinden die voldoen aan de criteria voor groenfinanciering. Zo neen, waarop baseert u uw antwoord en is het dan niet spijtig dat voor groene projecten bedoelde gelden niet of onvolledig benut kunnen worden?

3. Is het waar dat groenfinancieringen zich beperken tot de primaire sector en bijvoorbeeld niet mogen worden aangewend voor de financiering van biologische winkels, biologische restaurants etc? Zo ja, wat is de achtergrond van deze beperking?

4. Is het waar dat een verruiming van de groenfinanciering overwogen wordt voor de primaire sector, waardoor bijvoorbeeld comfort class stallen, MDV stallen en houderijsystemen met beperkte welzijnsvoordelen zoals omschreven in beter-leven-keurmerk wel in aanmerking zouden kunnen komen voor groenfinanciering en biologische winkels en restaurants niet?Zo ja, acht u dit billijk en waarom? Zo neen, welke verruiming wordt dan nagestreefd?

5. Bent u bereid in het kader van de crisis- en herstelmaatregelen ook biologische c.q. milieuvriendelijke bedrijven in de niet-primaire sector in aanmerking te laten komen voor groenfinanciering? Zo neen, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?

6. Bent u bereid bedrijven die investeren in de door het kabinet gewenste eiwittransitie in aanmerking te laten komen voor groenfinanciering?Zo neen, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?

7. Deelt u de mening dat het niet wenselijk is dat in tijden van kredietschaarste, banken te maken hebben met overliquiditeit op het gebied van groenfinancieringen? Zo neen, waarom niet? Zo ja, op welke wijze wilt u banken in staat stellen meer groene projecten te kunnen financieren?

8. Deelt u de mening dat de groenfondsen en bijbehorende fiscale voordelen als doel hebben de financiering van milieuvriendelijke projecten te bevorderen en dat de procedures bij voorkeur geen vertragend effect zouden mogen hebben op milieuvriendelijke projecten? Zo neen, waarom niet? Zo ja, hoe wilt u de procedures versnellen?

9. Deelt u de mening dat er een verkeerd signaal naar beleggers uitgaat, wanneer banken niet in staat blijken voldoende projecten te vinden voor hen toevertrouwde groene gelden, terwijl veel ondernemers hun milieuvriendelijke projecten nog steeds niet gefinancierd kunnen krijgen wegens het restrictieve reguliere kredietbeleid van de banken? Zo neen, waarom niet?

10. Deelt u de mening dat de kabinetsprioriteit om te komen tot een duurzamer eiwitproductie en - consumptie ook tot uitdrukking zou moeten komen in het mogelijk maken van groenfinanciering voor elk project dat die transitie als voornaamste doelstelling heeft? Zo neen, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze wilt u dit realiseren?

1 http://www.agd.nl/1093442/Extra/Geld/Trage-besluitvorming-rekt-groenfinanciering-MDV-stal.htm

Indiendatum: feb. 2010
Antwoorddatum: 23 mrt. 2010

Geachte Voorzitter,



Hierbij bied ik u mede namens de minister van Financiën en de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit de antwoorden aan op de schriftelijke vragen van het lid Thieme (PvdD) van uw Kamer over de Regeling groenprojecten. De Kamervragen zijn op 3 februari 2010 ingezonden en hebben als vraagnummer 2010Z02104.




Vraag 1
Kent u het bericht “Trage besluitvorming groenprojecten rekt groenfinanciering MDV-stal”?

Antwoord
Ja.

Vraag 2
Is het waar dat banken op dit moment moeite hebben voldoende nieuwe projecten te vinden die voldoen aan de criteria voor groenfinanciering? Zo nee, waarop baseert u uw antwoord? Is het dan niet spijtig dat voor groene projecten bedoelde gelden niet of onvolledig benut kunnen worden?

Antwoord
De groenbanken en groenfondsen verstrekken op dit moment inderdaad minder groene leningen dan in andere jaren. Dit heeft verschillende oorzaken.

Afgelopen jaren zijn de criteria van met name Groen label kassen aangescherpt omdat de sector zich zo snel ontwikkelt dat erg veel kassen aan de criteria konden voldoen, terwijl de regeling is bedoeld voor de echte koplopers. Met enige vertraging is dit nu te zien aan het aantal kassen die aan de huidige criteria voldoen.

Daarnaast wordt er door de economische crisis door ondernemers op dit moment minder geïnvesteerd.

Tegelijkertijd is er onder andere door de huidige lage spaarrente veel interesse van particulieren om geld in te leggen in de groenfondsen.

Het gebruik van de regeling groenprojecten fluctueert regelmatig. Er is in die zin dan ook geen sprake van een vast bedrag in de markt dat voor groene projecten is bedoeld.

Vraag 3
Is het waar dat groenfinancieringen zich beperken tot de primaire sector en bijvoorbeeld niet mogen worden aangewend voor de financiering van biologische winkels, biologische restaurants et cetera? Zo ja, wat is de achtergrond van deze beperking?

Antwoord
De Regeling groenprojecten is een investeringsregeling die is beperkt tot investeringen in vaste activa. Deze beperking heeft te maken met regels voor staatssteun van de Europese Commissie. Dit geldt voor alle categorieën in de regeling, dus ook voor de biologische landbouw. In de Regeling groenprojecten is de gehele primaire biologische landbouw als categorie opgenomen en daarnaast de verwerking van biologische landbouwproducten voor zover het MKB-bedrijven betreft. Biologische winkels zijn buiten de regeling gelaten, omdat hun financieringsbehoefte vooral bestaat voor de handelsvoorraad en niet voor vaste activa. Daarnaast staat de Europese Commissie geen steun toe aan biologische winkels, omdat die als reguliere detailhandelsactiviteit worden beschouwd.

Vraag 4
Is het waar dat een verruiming van de groenfinanciering overwogen wordt voor de primaire sector, waardoor bijvoorbeeld comfort class stallen, maatlat duurzame veehouderij (MDV) stallen en houderijsystemen met beperkte welzijnsvoordelen, zoals omschreven in het beter-leven-keurmerk, wel in aanmerking zouden kunnen komen voor groenfinanciering en biologische winkels en restaurants niet? Zo ja, acht u dit billijk en waarom? Zo nee, welke verruiming wordt dan nagestreefd?



Antwoord
Met de voorliggende wijziging wordt inderdaad beoogd om zeer duurzame melkveestallen op te nemen als categorie. Ik wil graag benadrukken dat dit uitsluitend melkvee betreft en geen andere diergroepen. De criteria voor deze melkveestallen zijn passend bij de regeling en dus zeer ambitieus. Deze criteria zijn vastgelegd in de Maatlat duurzame veehouderij (MDV). De aanvullende criteria voor de regeling groenprojecten heb ik zelf laten opstellen en bevatten naast extra eisen voor ammoniakemissie en energiegebruik ten opzichte van de MDV veel aandacht voor dierenwelzijn en diergezondheid. Zo stel ik onder andere weidegang en een ligplaats per dier verplicht. Ik ben dan ook van mening dat deze criteria leiden tot een zeer groot welzijnsvoordeel.

Vraag 5
Bent u bereid in het kader van de crisis- en herstelmaatregelen ook biologische c.q. milieuvriendelijke bedrijven in de niet-primaire sector in aanmerking te laten komen voor groenfinanciering? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?

Antwoord 5
Nee, dat ben ik niet van plan. Zie daarvoor mijn antwoord op vraag 3.

Vraag 6
Bent u bereid bedrijven die investeren in de door het kabinet gewenste eiwittransitie in aanmerking te laten komen voor groenfinanciering? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?

Antwoord
Ik ben zeker bereid investeringen projecten op het vlak van eiwittransitie in aanmerking te laten komen voor groenfinanciering. Daarom heb ik bijvoorbeeld ook de duurzame aquacultuur opgenomen als categorie in de regeling. Andere innovatieve projecten met een grote milieuverdienste kunnen via de categorie overige projecten (categorie k) in aanmerking komen voor groenfinanciering.

Vraag 7
Deelt u de mening dat het niet wenselijk is dat in tijden van kredietschaarste, banken te maken hebben met overliquiditeit op het gebied van groenfinancieringen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze wilt u banken in staat stellen meer groene projecten te kunnen financieren?

Antwoord
Enerzijds geef ik met deze gewijzigde regeling de banken veel nieuwe mogelijkheden om groenfinanciering aan projecten te verstrekken. Ik verwacht dan ook, mede op basis van uitlatingen van de banken, dat het aantal leningen snel zal kunnen aantrekken zodra de nieuwe regeling in werking treedt. Anderzijds is het aan de banken zelf om te beslissen of ze in een project willen stappen, aangezien er niet zoiets als een ‘recht op krediet’ bestaat.
Vraag 8
Deelt u de mening dat de groenfondsen en bijbehorende fiscale voordelen als doel hebben de financiering van milieuvriendelijke projecten te bevorderen en dat de procedures bij voorkeur geen vertragend effect zouden mogen hebben op milieuvriendelijke projecten? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe wilt u de procedures versnellen?

Antwoord
Uiteraard deel ik deze mening. Begin 2009 was het proces voor wijziging van de Regeling groenprojecten inhoudelijk afgerond. Echter, voordat de regeling aan de Kamer kon worden voorgelegd, moest instemming van de Europese Commissie worden gekregen. Die procedure heeft onverwacht tot een ongekend groot aantal vragen geleid, waardoor de instemming pas eind 2009 is verleend. Zodra de regeling in werking is getreden, zal een aanvraag voor een groenverklaring binnen 8 weken worden afgerond.

Vraag 9
Deelt u de mening dat er een verkeerd signaal naar beleggers uitgaat, wanneer banken niet in staat blijken voldoende projecten te vinden voor hen toevertrouwde groene gelden, terwijl veel ondernemers hun milieuvriendelijke projecten nog steeds niet gefinancierd kunnen krijgen wegens het restrictieve reguliere kredietbeleid van de banken? Zo nee, waarom niet?

Antwoord
Het is de verantwoordelijkheid van de banken zelf om een kredietaanvraag grondig te beoordelen omdat zij uiteindelijk ook verantwoordelijk zijn voor terugbetaling van de inleg van de spaarders en beleggers. Door de terugloop van investeringen gegeven de economische crises is echter het aantal kredietaanvragen voor nieuwe projecten (groen en niet-groen samen) afgenomen. Onder eenzelfde acceptatiebeleid als voor de crisis zouden daarom in absolute zin al minder projecten in aanmerking komen voor financiering. Echter, banken hebben hun acceptatiebeleid aangescherpt omdat de risico’s door de slechtere economische omstandigheden (voor zowel groene als niet-groene projecten) groter zijn dan voor de crisis. Hierdoor kan het gebeuren dat er minder groene projecten worden gefinancierd. Ik verwacht dat op het moment dat economisch herstel verder vorm krijgt dit vanzelf vermindert. Echter, economisch herstel betekent uiteraard niet dat elk groen project straks vanzelf financiering krijgt, omdat er – zoals aangegeven in het antwoord op vraag 7 – niet zoiets als een recht op krediet bestaat.

Vraag 10
Deelt u de mening dat de prioriteit van het kabinet om te komen tot een duurzamer eiwitproductie en -consumptie ook tot uitdrukking zou moeten komen in het mogelijk maken van groenfinanciering voor elk project dat die transitie als voornaamste doelstelling heeft? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze wilt u dit realiseren?

Antwoord
Zie mijn antwoord op vraag 6.



Hoogachtend,

de minister Volkshuisvesting,

Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,


J.C. Huizinga-Heringa

Interessant voor jou

Kamervragen aan de minister van LNV over de toename van het gesleep met vee

Lees verder

Kamervragen aan de minister van LNV over een in beslag genomen vos

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer