Schrif­te­lijke inbreng over natuur


8 februari 2021

De leden van de Partij voor de Dierenfractie constateren dat er in dit laatste overleg over de natuur uit deze regeerperiode veel op de agenda staat: biodiversiteit, insectensterfte, weidevogels, bossen en het natuurbeleid. Al die onderwerpen hebben echter een rode draad. Het gaat niet goed met de natuur. Nederland haalt haar natuurdoelen niet.

Het is zorgelijk dat veel natuurgebieden in de afgelopen jaren opnieuw niet verbeterd, maar verslechterd zijn. En nog steeds lijkt de urgentie van de achteruitgang van de natuur onvoldoende tot de regering te zijn doorgedrongen. Zo moest in mei 2019 de hoogste rechtbank eraan te pas komen om Nederland te dwingen om de bescherming van natuurgebieden tegen stikstof ter hand te nemen.

De Zesde Voortgangsrapportage Natuur, onderdeel van de agenda van dit schriftelijk overleg, stelt: “Zoals we in de vorige VNR hebben geconcludeerd blijken deze afspra­ken onvoldoende om de biodiversiteit helemaal te herstellen. Daarom hebben Rijk en provincies tijdens de Natuurtop in 2019 aanvullende ambities uitgesproken.”

Dit illustreert volgens de leden van de Partij voor de Dierenfractie het Nederlandse natuurbeleid: er is geen centrale regie op het gebied van natuurbeleid, gemaakte afspraken zijn kennelijk te verblijvend, waardoor de biodiversiteit onvoldoende wordt hersteld en in reactie op dat falen worden er opnieuw ambities uitgesproken. De leden vragen de minister daarom om voor het halen van de biodiversiteitsdoelen bindende doelstellingen op te stellen.

Ook het Louis Bolk Instituut[1] stelt dat er een gevoel van urgentie nodig is om tot verandering te komen. Maar het vraagt zich af of de sterke achteruitgang in biodiversiteit, met name van insecten, voldoende als ramp wordt ervaren om tot het gevoel van urgentie te komen dat nodig is voor veranderingsgezindheid. Beaamt de minister dat we ons in een zesde uitstervingsgolf bevinden en dat biodiversiteit urgent bescherming nodig heeft? Zo ja, wat zijn de concrete voorstellen van de minister om het gevoel van urgentie in de samenleving te verhogen?

Rapport Verenigde Naties

In de context van de afname van de biodiversiteit wijzen de leden er opnieuw op dat de grootste bedreiging het intensieve landbouwsysteem is. Vorige week toonde een nieuw rapport van de Verenigde Naties aan dat het voedselsysteem de grootste bedreiging vormt voor de biodiversiteit[2]. Wereldwijd gaat 80% van de landbouw op aan veevoer, en draagt uiteindelijk voor slechts 18% bij aan onze calorieën. Het rapport stelt dat biodiversiteitsverlies zal blijven toenemen zonder hervorming van het voedselsysteem. Het rapport pleit voor een natuurinclusieve landbouw[3], een meer plantaardig dieet en het teruggeven van grond aan de natuur. Hierbij stelt het rapport dat met name de overgang naar een natuurinclusieve landbouw en het vrijspelen van meer grond voor de natuur gelinkt zijn aan de overstap naar een meer plantaardig dieet, dus aan veel minder dieren. Graag ontvangen de leden van de minister een reactie op het rapport ‘Food Systems impact on Biodiversity Loss 2021’ van UNEP, Chatham Housen en CIWF.

Bossenstrategie

De leden van de Partij voor de Dierenfractie hebben kennisgenomen van de bossenstrategie. De ambitie om meer bomen te planten en het bos meer biodivers en klimaatrobuust te maken klinkt goed. Het doel is om 10% meer bos bij te planten in 2030, zo’n 37.000 hectare. Maar bij de uitwerking van de strategie plaatsten de leden veel vraagtekens. Zo moet de helft (18.000 hectare) van het aantal geambieerde bomen in het bestaande Natuurnetwerk Nederland (NNN) komen. Dat betekent dat de ene natuur voor de andere wordt ingeruild. Beaamt de minister dat 3.500 hectare van de 18.000 hectare bomen compensatie is voor bomen die in Natura2000 gebieden gekapt zijn na 2017? Waarom is 2017 als ijkjaar gekozen? En hoeveel bomen zijn er in de afgelopen vijf jaar buiten Natura2000 gebieden gekapt?

De overige 19.000 geplande hectares nieuw bos komen deels in beek- en rivierdalen en open landschappen. Kan de minister aangeven welke natuur, die geen onderdeel is van het Natuurnetwerk, daarvoor wordt opgeofferd? Hoeveel van de geplande 19.000 hectare bos zal in de plaats komen van bebouwing, kortom van steen naar groen? Hoeveel van de aanplant van 19.000 hectare extra bos maakt deel uit van de opgave om 38.530 hectare extra natuur te realiseren in 2027, zoals afgesproken in het Natuurpact?

De leden van de Partij voor de Dierenfractie merken op dat het Nederlandse bos vooral een jong bos is. De minister stelt daarom voor om oudere bomen te stimuleren door houtoogst uit te stellen[4]. Dit betekent echter alleen uitstel en geen afstel; het betekent ook dat de oudere bomen later alsnog gekapt worden. Daarnaast worden er bomen gekapt voor verjonging en voor het omvormen van het bos naar andere natuur. De minister zet in om maximaal te kappen tot 0,5 hectare. Deze vlaktekap kan dan zonder ontheffing plaatsvinden[5]. Echter uit de onderzoeken over vlaktekap van WUR en van NatuurAlert blijkt dat hoe groter de kapoppervlak, hoe groter de verstoring en hoe meer bodemvruchtbaarheid, klimaat en bosontwikkeling hebben te lijden. Beaamt de minister dat kappen van bomen tot een minimumaantal hectare moet worden beperkt? Zo ja, waarom kiest de minister ervoor om kappen tot 5000 m2 zonder vergunning toe te staan?

Biodiversiteit

Bij het Programma Versterken Biodiversiteit merken de leden van de Partij voor de Dierenfractie op dat er geen concrete doelstellingen, wet- en regelgeving en fiscale maatregelen of aanpassingen van de economie worden voorgesteld als onderdeel van het programma. Beaamt de minister dat de overheid concrete doelstellingen moet opstellen om bovenstaande ambities waar te maken? Zo nee, waarom niet?


[1] https://www.kringlooplandbouw....

[2] Food Systems impact on Biodiversity Loss 2021 UNEP, Chatham House, and Compassion in World Farming

[3] Dit heef inderdaad minder opbrengst en minder biodiversiteit per hectare dan een natuurpark ten gevolge, maar geen negatieve gevolgen buiten de landbouw.

[4] Uit de Bossenstrategie blz 28 “Door een aanpassing in het subsidiestelsel (SNL) kan de aanwezigheid van oudere bomen worden gestimuleerd. De subsidies voor beheer in natuurbossen staan houtoogst toe tot 20% van de jaarlijkse bijgroei. Binnen het huidige stelsel is het ook mogelijk dit op te sparen om op gezette tijden oude bomen te oogsten. Het gevolg is dat onvoldoende bomen oud worden en kunnen aftakelen en dat er onvoldoende dood hout in natuurbos aanwezig is. Door deze mogelijkheid in te perken zullen meer oude bomen blijven staan en kunnen aftakelen. Op lange termijn, als het stadium van zelfregulerend natuurbos is bereikt, kan de mogelijkheid om bijgroei te oogsten worden afgebouwd. Om een goede balans te vinden tussen toename van biodiversiteit

en houtoogst is het essentieel dat ook in overige bossen revitalisering plaatsvindt. Dit kan de bijgroei lokaal verdubbelen en mogelijkheden voor houtoogst vergroten in balans met biodiversiteit.”

[5] Brief minister (DGNVLG / 20318796) over de reactie op de rapporten over vlaktekap: “Voor vlaktekap tot 0,5 ha kan gebruik worden gemaakt van de vrijstelling van een gedragscode; voor een kapvlakte groter dan 0,5 ha is een ontheffing nodig op grond van de Wet natuurbescherming.”

Wij staan voor:

Interessant voor jou

Bijdrage Van Esch aan coronadebat

Lees verder

Schriftelijke inbreng over het verlengen van de avondklok

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer