Kamer­vragen aan de ministers van LNV en BiZa en konink­rijks­re­laties over het groeiende aantal verwil­derde zwerf­katten


Indiendatum: mei 2008

Vragen van het lid Thieme aan de ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het groeiende aantal verwilderde zwerfkatten

  1. Kent u het bericht ‘Zwerfkatten in polder zijn groeiend probleem’1?
  2. Bent u op de hoogte van het groeiende aantal verwilderde zwerfkatten in Nederland?
  3. Deelt u de mening dat voorlichting over verantwoord huisdierbezit, zoals vormgegeven door het Landelijk Informatie Centrum Gezelschapsdieren (LICG), niets zal opleveren voor de verwilderde zwerfkatten zonder eigenaar? Zo ja, deelt u de mening dat voor deze groep dieren andere maatregelen nodig zijn en welke taak ziet hierin weggelegd voor de overheid? Zo neen, kunt u dit toelichten?
  4. Deelt u de mening dat populaties verwilderde zwerfkatten zich niet binnen bepaalde gemeentegrenzen zullen blijven ophouden, waardoor overkoepelend beleid benodigd is om de problematiek rondom deze groepen katten structureel aan te pakken? Zo ja, bent u bereid overkoepelend beleid te ontwikkelen om een verdere groei van het aantal verwilderde zwerfkatten te voorkomen? Zo neen, waarom niet?
  5. Bent u bereid met de VNG en de Dierenbescherming in overleg te treden over de aanpak van verwilderde zwerfkatten? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn? Zo neen, waarom niet?
  6. Wat is uw visie op de veelbelovende, wetenschappelijk onderbouwde TNR-methode (Trap, Neuter and Return) om populaties zwerfkatten beheersbaar te maken door ze onvruchtbaar te maken en terug te plaatsen? Bent u bereid de TNR-methode landelijk te stimuleren om toekomstige problemen met te grote populaties te voorkomen? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn? Zo neen, waarom niet?
  7. Kunt u aangeven of en zo ja, op welke wijze zal worden onderzocht in hoeverre de voorlichting over verantwoord huisdierbezit verzorgd door het LICG de juiste doelgroepen bereikt en huisdiereigenaren aanzet tot het onvruchtbaar laten maken van hun huisdier?
  8. Deelt u de mening dat voor een groot deel van de huisdiereigenaren financiële barrières ervoor zullen zorgen dat zij niet over zullen of kunnen gaan tot castratie of sterilisatie van hun kat, ook na het geven van voorlichting over de noodzaak van hiervan? Zo ja, bent u bereid deze groep mensen hierin te ondersteunen? Zo neen, kunt u dit toelichten?
  9. Bent u bereid financiële middelen beschikbaar te stellen om de continuïteit van kortingsacties voor castratie- en sterilisatie van huis- of zwerfkatten te garanderen? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn? Zo neen, waarom niet?

(1) de Stentor, 16 mei 2008

Indiendatum: mei 2008
Antwoorddatum: 30 jun. 2008

Geachte Voorzitter,

Hierbij doe ik u toekomen de antwoorden op de vragen van het lid Thieme (PvdD) over het groeiend aantal verwilderde zwerfkatten.

1
Kent u het bericht ‘Zwerfkatten in polder zijn groeiend probleem’? 1)

Ja.

2
Bent u op de hoogte van het groeiende aantal verwilderde zwerfkatten in Nederland?

Ik ben op de hoogte van de berichtgeving over zwerfkatten die u als bron heeft vermeld. Er zijn mij geen betrouwbare cijfers over het aantal verwilderde zwerfkatten in Nederland bekend.

3
Deelt u de mening dat voorlichting over verantwoord huisdierbezit, zoals vormgegeven door het Landelijk Informatie Centrum Gezelschapsdieren (LICG), niets zal opleveren voor de verwilderde zwerfkatten zonder eigenaar? Zo ja, deelt u de mening dat voor deze groep dieren andere maatregelen nodig zijn? Welke taak ziet u hierin weggelegd voor de over¬heid? Zo neen, kunt u dit toelichten?

Nee. Ik zie een taak weggelegd voor het LICG om aandacht te besteden aan het zwerf¬kattenprobleem en om ter preventie daarvan kattenhouders te informeren en aan te zetten tot het onvruchtbaar laten maken van hun kat. Op de website van het LICG wordt geadviseerd om poezen en katers onvruchtbaar te laten maken. Ook is het van belang dat het LICG kattenhouders blijft informeren en oproepen tot het laten chippen van hun kat, zodat men in het veld of op straat tamme, gechipte katten met eigenaar kan onder¬scheiden van verwilderde katten zonder eigenaar. Het LICG houdt elk jaar in de maand juni een zogenaamde “chipmaand”. Dit jaar is het thema van de chipmaand om met name kattenhouders aan te zetten tot het laten chippen van hun kat.

Het is aan gemeenten om het regionale zwerfkattenprobleem in samenspraak met de Dierenbescherming en eventuele andere organisaties aan te pakken. Het ministerie van LNV heeft aan de Landelijke Dierenbescherming tot en met 1 maart 2010 een ontheffing ex artikel 75 van de Flora- en faunawet van het verbod van artikel 14 lid 1 van de Flora- en faunawet verleend, zodat verwilderde katten gevangen mogen worden. Na het onvrucht¬baar maken, mogen de katten onder bepaalde voorwaarden in bepaalde nader omschre¬ven gebieden uitgezet worden (de zogenaamde “Trap, Neuter and Return-methode”).

4
Deelt u de mening dat populaties verwilderde zwerfkatten zich niet binnen bepaalde gemeentegrenzen zullen blijven ophouden, waardoor overkoepelend beleid benodigd is om de problematiek rondom deze groepen katten structureel aan te pakken? Zo ja, bent u bereid overkoepelend beleid te ontwikkelen om een verdere groei van het aantal verwil¬derde zwerfkatten te voorkomen? Zo neen, waarom niet?

Indien het genoemde probleem de gemeentelijke grenzen overschrijdt, is het aan de betrokken gemeenten om de handen ineen te slaan bij het zoeken naar een oplossing. Aangezien de situatie en de problematiek per gemeente en/of regio verschillend zijn en locale bestuurders hierop beter kunnen inspelen, zie ik hier geen taak voor de rijks¬overheid weggelegd.

5
Bent u bereid met de VNG en de Dierenbescherming in overleg te treden over de aanpak van verwilderde zwerfkatten? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn? Zo neen, waarom niet?

Ik laat het initiatief om dit probleem aan te pakken aan de gemeenten. Als gemeenten bijvoorbeeld in VNG-verband een beroep doen op de rijksoverheid om mee te denken over een aanpak, ben ik daartoe graag bereid.

6
Wat is uw visie op de veelbelovende, wetenschappelijk onderbouwde TNR-methode (Trap, Neuter and Return) om populaties zwerfkatten beheersbaar te maken door ze onvrucht¬baar te maken en terug te plaatsen? Bent u bereid de TNR-methode landelijk te stimuleren om toekomstige problemen met te grote populaties te voorkomen? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn? Zo neen, waarom niet?

Deze methode kan voor bepaalde gebieden een goede, diervriendelijke oplossing zijn om het kattenprobleem beheersbaar te maken. Zie verder het antwoord op vraag 5.

7
Kunt u uiteenzetten of en zo ja, op welke wijze zal worden onderzocht in hoeverre de voorlichting over verantwoord huisdierbezit verzorgd door het LICG de juiste doelgroepen bereikt en huisdiereigenaren aanzet tot het onvruchtbaar laten maken van hun huisdier?


Het LICG laat jaarlijks door een extern onderzoeksbureau de effectiviteit van bepaalde voorlichtingscampagnes onderzoeken. Ik zal het LICG vragen extra aandacht te besteden aan de voorlichting aan kattenhouders over het op jonge leeftijd onvruchtbaar laten maken van hun kat(ten).

8
Deelt u de mening dat voor een groot deel van de huisdiereigenaren financiële barrières ervoor zullen zorgen dat zij niet over zullen of kunnen gaan tot castratie of sterilisatie van hun kat, ook na het geven van voorlichting over de noodzaak van hiervan? Zo ja, bent u bereid deze groep mensen hierin te ondersteunen? Zo neen, kunt u dit toelichten?

Huisdiereigenaren hebben een eigen verantwoordelijkheid ten aanzien van het houden en het verzorgen van hun dier, waartoe ook het onvruchtbaar laten maken behoort. Indien mensen beslissen om een huisdier aan te schaffen, weten zij dat aan de verzorging van het dier financiële consequenties zijn verbonden.

9
Bent u bereid financiële middelen beschikbaar te stellen om de continuïteit van kortings¬acties voor castratie- en sterilisatie van huis- of zwerfkatten te garanderen? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn? Zo neen, waarom niet?

Hoewel ik deze acties toejuich, zal de rijksoverheid hieraan financieel niet bijdragen. De verantwoordelijkheid voor de zwerfkattenproblematiek ligt immers bij de gemeenten. Het is aan gemeenten om eventueel in samenwerking met de (landelijke dan wel locale) Dierenbescherming te zoeken naar een oplossing om het aantal katten beheersbaar te maken en te houden.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,


G. Verburg

Interessant voor jou

Kamervragen aan de ministers van LNV en justitie over opsporing en vervolging bij smokkel van dieren

Lees verder

Kamervragen aan de ministers van VROM en Justitie over uitgestelde sluiting van de illegale megakippenbedrijf in groesbeek

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer