Stop broodfok


Broodfokkers (zo genoemd omdat ze hun brood verdienen met de fokkerij van honden, katten, of bijvoorbeeld cavia’s) fokken zoveel mogelijk dieren, vaak in grote schuren, om die via dierenwinkels of via het internet te kunnen verkopen als gezelschapsdieren. De omstandigheden voor de dieren zijn in die fokfabrieken erbarmelijk. Dieren hebben vaak geen daglicht, worden niet goed gesocialiseerd en krijgen niet de goede medische zorg of vaccinaties. Verwaarlozing en mishandeling is meer regel dan uitzondering. Dieren die ziek zijn, niet de juiste kleur hebben of te oud zijn om nog voor een goede prijs te kunnen verkopen worden door de fokkers afgemaakt. Daar bestaat zelfs een term voor: culling.

De Partij voor de Dieren wil dat broodfokkers keihard worden aangepakt. Verkoop via internet (Marktplaats, Facebook) moet verboden worden en tegen illegale praktijken moet veel sneller worden opgetreden dan nu het geval is. Vaak kunnen broodfokkers jarenlang ongestoord hun gang gaan, ondanks signalen van dierenmishandeling of –verwaarlozing.

Het gebrek aan overheidscontrole is deels te wijten aan bezuinigingen. De Partij voor de Dieren pleit voor meer overheidsfinanciering en capaciteit om diergerelateerde criminaliteit, zoals broodfokkers en mishandeling, aan te pakken. Door ons nieuwe wetsvoorstel kan er nu zelfs een houdverbod worden opgelegd, hier moet dus beter op gehandhaafd worden.

(Ras)dierfokkerij en identificatie

Het welzijn van dieren in de rasdierfokkerij moet voorop staan. Dit betekent dat fokken op ongezonde uiterlijke kenmerken en inteelt strikt verboden moet zijn. Momenteel is er echter weinig overheidsregulering in de gezelschapsdierenfokkerij. Iedereen kan dieren fokken voor de huisdierenhandel zonder specifieke welzijnsvoorschriften.

De Partij voor de Dieren pleit voor vergunningen voor fokkers en handelaren, met strikte welzijnsvoorschriften. Ze willen voorkomen dat jonge dieren te vroeg bij hun moeder worden weggehaald en eisen dat huisvesting en verzorging de natuurlijke behoeften van de dieren ondersteunen. Selectieve fokkerij en inteelt moeten worden aangepakt, en het aantal nesten per vrouwtje moet worden beperkt. Een welzijnskeurmerk moet de stamboom vervangen.

Coupeerverbod

Sinds 2001 is het couperen van staarten en oren bij dieren verboden in Nederland. Er is echter nog wetgeving nodig om de deelname van paarden met een gecoupeerde staart aan tentoonstellingen en wedstrijden volledig te verbieden. De Partij voor de Dieren pleit voor strikte handhaving van dit verbod en het strafbaar maken van het bezit van gecoupeerde dieren.

Preventie van bijtincidenten en malafide Fokkers

De Partij voor de Dieren benadrukt dat bijtincidenten moeten worden aangepakt door naar de fokker, eigenaar en het gedrag van de hond te kijken en dus niet eenzijdig naar het ras en de fysieke kenmerken, zoals ten tijde van de mislukte Regeling Agressieve Dieren (RAD) gebeurde. Het probleem wordt niet opgelost door alle honden van een bepaald ras over één kam te scheren.

Het probleem van bijtincidenten begint al bij de malafide fokker die ouderdieren specifiek selecteert op agressie en kracht. Een effectieve aanpak van bijtincidenten begint dan ook bij de aanpak van de broodfok.

Een verplichte cursus voor toekomstige hondeneigenaren kan bijtincidenten voorkomen, het welzijn van dieren verbeteren en impulsieve aankopen verminderen. De PvdD vindt dat het voorkomen van bijtincidenten een landelijk probleem is en dat het Rijk een grotere rol moet spelen in de aanpak van problemen zoals broodfokkers en illegale puppyhandel. Deze kwesties overschrijden gemeente- en landsgrenzen en vereisen een gecoördineerde aanpak.

Het standpunt Stop broodfok is onderdeel van: Dierenrechten

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer