Schrif­te­lijke inbreng over de regels inzake instelling van een Nationaal Groei­fonds (Wet Nationaal Groei­fonds)


13 januari 2022

Inbreng verslag (wetsvoorstel) Regels inzake instelling van een Nationaal Groeifonds (Wet Nationaal Groeifonds)

De leden hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel dat ertoe strekt het Nationaal Groeifonds in te stellen als begrotingsfonds. Met het verschijnen van het coalitieakkoord lijkt het erop dat de in het wetsvoorstel genoemde doelen van het fonds nog gewijzigd zullen worden, aangezien de coalitie heeft besloten om infrastructuur als doel voor investeringen te schrappen. Klopt dit?

Toen het fonds werd ingesteld in 2020 was het de bedoeling om € 20 miljard te isoleren van de grillen van de politiek. Precies daarom was een fonds op afstand van de departementale begrotingen nodig, zo was de rationale. Nu blijkt dat het fonds alsnog een politieke speelbal was. Dat het nieuwe kabinet heeft laten zien dat de doelen nog steeds gewijzigd kunnen worden zien de leden van de PvdD-fractie als een nieuwe kans om de vele miljarden aan belastinggeld alsnog goed te besteden.

De kritiek van de leden van de Partij voor de Dieren op het Nationaal Groeifonds is fundamenteel en ongewijzigd. Zij zien dat het al fout gaat in de titel, bij ‘Groeifonds’. Economische groei is namelijk het probleem, niet de oplossing. Zolang het vergroten van het verdienvermogen, het bbp, het bepalende criterium blijft voor investeringen kunnen de leden dit fonds niet steunen.

Dat investeringen uit het Groeifonds het bbp moeten verhogen van het kabinet kan er ook toe leiden dat maatschappelijk rendabele projecten, zoals groene projecten die de biodiversiteit bevorderen of CO2-uitstoot verminderen maar het bbp niet verhogen, niet in aanmerking komen. Midden in de klimaatcrisis vinden de leden van de PvdD dit een doodzonde. Zij zijn van mening dat elke volgende euro die wordt uitgegeven een positief effect moet hebben op het klimaat.

De leden hebben inmiddels bijval gekregen van de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli). De Rli stelde half oktober vorig jaar in een kritisch advies dat veel van investeringen tot nu toe te weinig bijdragen aan het oplossen van de grote maatschappelijke vraagstukken en een CO2-neutrale, grondstofarme, natuur-inclusieve en sociaal-rechtvaardige economie. Is de minister bekend met dit advies? Wat gaat zij overnemen uit het advies en op welke manier is zij van plan dat te doen?

Tot nu toe wordt er vanuit het Groeifonds vooral geïnvesteerd in de oude economie. Is de minister het ermee eens dat daar niet de toegevoegde waarde ligt? Zo nee, waarom niet? De leden van de PvdD-fractie vinden dat overheidsinvesteringen de brede welvaart moeten dienen en niet in de eerste plaats het bbp. Dat de brede welvaart het belangrijkste is en leidend zou moeten zijn werd door het vorige kabinet, maar ook door bijvoorbeeld VNO-NCW, steeds meer omarmd. Onderschrijft de minister dat de brede welvaart in zijn geheel belangrijker is dan alleen het bbp? Zo ja, is zij dan ook bereid om de doelstelling van het fonds in lijn hiermee te veranderen? Zo nee, waarom niet? En is de minister dan in elk geval wel bereid om de brede welvaartsindicatoren klimaat en biodiversiteit een prominentere en doorslaggevender rol te geven in het toetsingskader? Het is immers de wens van de Kamer om het brede welvaartsbegrip verder te omarmen en het is immers nog niet te laat om alsnog aanvullende voorwaarden te stellen.

Interessant voor jou

Schriftelijke inbreng over de Vaststelling Regeling groenprojecten 2022

Lees verder

Schriftelijke inbreng over de Energieraad van 24 en 25 januari 2022

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer