Bijdrage Wassenberg aan L&V raad (bijen­richt­snoer, mancozeb, Boer tot bord)


13 juli 2020

Inbreng SO L&V-raad van 20 juli, Partij voor de Dieren

De leden van de Partij voor de Dierenfractie willen allereerst opmerken dat zij ontstemd zijn over de huidige gang van zaken, waarbij de Kamer noch is geïnformeerd over de geannoteerde agenda van de aanstaande L&V-raad, noch over de agenda en de Nederlandse inbreng van de SCoPAFF-vergadering van deze week. Op deze manier wordt het werk van de Kamer sterk bemoeilijkt. Deze leden vragen een reactie van de minister hierop.

Bijenrichtsnoer

De Leden van de fractie van de Partij voor de Dieren hebben, op eigen initiatief, kennis genomen van de agenda van de SCoPAFF-vergadering van 16 en 17 juli. Op de agenda staat de bespreking van het Bijenrichtsnoer van de EFSA. Deze leden vragen de minister of zij de Kamer kan informeren over de inhoud van dit discussiepunt. Zal deze gaan over de herziening die de EFSA momenteel uitvoert om tot een nieuw voorstel voor een Bijenrichtsnoer te komen?

De leden van de Partij voor de Dierenfractie eisen dat de minister zich, in uitvoering van de aangenomen motie Ouwehand [1], inzet voor de zo snel mogelijke invoering van het Bijenrichtsnoer in zijn geheel - dus inclusief de tests op het gebied van chronische toxiciteit en de gevolgen voor solitaire bijen en hommels. Kan de minister bevestigen dat dit de Nederlandse inbreng zal zijn tijdens deze discussie in de SCoPAFF-vergadering?

In het najaar van 2019 heeft het Europees Parlement tegen de wijziging van de uniforme beginselen heeft gestemd, zoals die op dat moment voorlag, en die een uitkleden versie betrof van het Bijenrichtsnoer [2] Zoals in de tekst van de aangenomen resolutie staat, stelt het EP voor “de uniforme beginselen niet alleen te wijzigen met betrekking tot de acute toxiciteit voor bijen, zoals in het huidige ontwerp, maar ten minste ook ten aanzien van de chronische toxiciteit en de toxiciteit voor de larven van honingbijen en de acute toxiciteit voor hommels.” Erkent de minister dat het EP daarmee niet tegen het Bijenrichtsnoer heeft gestemd, maar juist oproept tot een volledige implementatie van het Bijenrichtsnoer in zijn geheel?

De leden van de fractie van de Partij voor de Dieren benadrukken dat dit SCoPAFF-overleg de uitgelezen kans is voor de minister en de ambtelijke afvaardiging om een pleidooi te houden voor een zo snel mogelijke implementatie van het Bijenrichtsnoer als geheel. Indien de minister dit niet voornemens is, kan zij uitleggen waarom niet?

Mancozeb

Daarnaast zal het komende SCoPAFF-overleg gestemd worden over het voorstel van de Europese Commissie om de schimmelbestrijder mancozeb, dat gelinkt wordt aan de ziekte van Parkinson, niet langer toe te staan. De leden van de Partij voor de Dierenfractie vragen de minister of zij, zoals eerder ook aangegeven, nog steeds voornemens is om dat voorstel te steunen. Deze leden vragen de minister of er wijzigingen zijn geweest in het concept- en het definitieve voorstel van de EC en zo ja, welke. Wellicht ten overvloede roepen deze leden de minister op om de belangen van volksgezondheid en de natuur voorop te stellen en vóór een verbod op mancozeb te stemmen.

Boer tot bord-strategie

De leden van de Partij voor de Dierenfractie hebben enkele zorgen en vragen over de Nederlandse inzet in de discussie over de Boer tot bord-strategie. In het fiche met de kabinetsappreciatie stelt het kabinet dat het “bij de uitwerking van de BtB-strategie erop in [zal] zetten dat de daadwerkelijke voorstellen en maatregelen […] in lijn is met het ambitieniveau van het kabinet.” Kan de minister deze leden uitleggen wat zij hiermee bedoelt, uitgesplitst naar de onderwerpen landbouwgif, dierenwelzijn, biologische landbouw, gebruik van meststoffen, gebruik van antibiotica en de eiwittransitie?

Ligt de ambitie van de Boer tot bord-strategie om in 2030 50% minder landbouwgif te gebruiken, inclusief de gevaarlijkste middelen, bijvoorbeeld hoger of lager dan die van Nederland? In de toekomstvisie van de minister wordt in 2030 gestreefd naar ‘zo min mogelijk’ gebruik van middelen. Welk reductiepercentage hangt de minister daaraan vast? Erkent de minister dat, zolang zij geen reductiepercentage vastlegt, het ambitieniveau niet te vergelijken is met dat van andere landen of met de Boer tot bord-strategie? Erkent de minister ook dat de formulering ‘zo min mogelijk’ zo vaag is dat iedereen zou kunnen stellen dat hij/zij daarnaar ‘streeft’, zonder iets te veranderen? Deelt de minister daarmee het inzicht dat het ambitieniveau van de Boer tot bord-strategie op het gebied van landbouwgif hoger ligt dan dat van Nederland, alleen al omdat het een doel kwantificeert?

Voor het areaal biologische landbouw stelt Nederland geen doel. De leden van de fractie van de Partij voor de Dieren stellen dat dat eraan bij kan dragen dat Nederland droevig laag scoort met slechts 3,8% [3] en (opnieuw) in de onderste regionen van Europa verkeert. [4] Kunnen deze leden uit de kabinetsappreciatie afleiden dat het kabinet erop inzet om het ambitieniveau van de Boer tot bord-strategie over biologisch areaal (namelijk 25% in 2030) te verlagen? Waarom ziet de minister de Boer tot bord-strategie niet als een steun in de rug om nu in te zetten op een stimulering van biologische productie en consumptie, naast haar reeds bestaande beleid voor kringlooplandbouw?

Erkent de minister ook dat kringlooplandbouw een containerbegrip is, dat geen duidelijke criteria of eisen kent, terwijl dat voor biologische landbouw wel geldt? Erkent de minister daarmee dat biologische landbouw een hoger ambitieniveau heeft, als het gaat om milieu, dierenwelzijn en natuur, dan kringlooplandbouw? Waarom wijkt het Nederlandse beleid (stimuleren van kringlooplandbouw) af van het Europese beleid (stimuleren van biologische landbouw)? Is de minister voornemens hier verandering in te brengen? Zo ja, hoe? Zo nee, waarom niet?

Moratorium op gene drive techniek

De leden van de Partij voor de Dierenfractie hebben vernomen dat de voorbereidingen op Europees niveau voor de 15de Conferentie van Partijen voor de onder het Verdrag inzake Biologische Diversiteit (Biodiversiteitsverdrag, CBD) binnenkort van start gaan.

De leden maken zich grote zorgen over gene drives, en sluiten zich graag aan bij het standpunt van het Europees Parlement dat er een moratorium op deze risicovolle techniek zou moeten worden opgenomen in het nieuwe raamwerk voor de periode tot 2030 (Resolutie van het Europees Parlement van 16 januari 2020 over de 15e bijeenkomst van de Conferentie van de partijen bij het Verdrag inzake biologische diversiteit (COP15) (2019/2824(RSP)). Het Europarlement verzoek in haar motie de Commissie en de lidstaten om bij de COP15 aan te dringen op een wereldwijd verbod op de introductie van organismen voor genaandrijving in de natuur, met inbegrip van veldproeven, om te voorkomen dat deze nieuwe technologieën vroegtijdig worden vrijgegeven en om het voorzorgsbeginsel dat in het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en in het VBD is verankerd, te handhaven.

Gene Drive technologie is gericht op het uitroeien van populaties en zelfs hele soorten door middel van genetische manipulatie. De effecten daarvan zijn niet omkeerbaar. Het vrijkomen van Gene Drive-organismen in het milieu vormt een nieuwe en ernstige bedreiging voor de biodiversiteit en het milieu op een ongekende schaal, aangezien elk Gene Drive-organisme een ernstig risico van oncontroleerbare verspreiding van genetisch gemanipuleerde genen en genetische mechanismen in wilde en gedomesticeerde populaties met zich meebrengt. Het coronavirus laat zien waartoe de snelle en ongecontroleerde verspreiding van een nieuw organisme kan leiden.

De leden wijzen er op dat deze potentieel zeer gevaarlijke technologie onverenigbaar is met de door de Europese Commissie voorgestelde EU-strategie voor de bescherming van de biodiversiteit, die inhoudt dat de EU zich wereldwijd inzet voor "het niet door de mens veroorzaakte uitsterven van soorten". Ook het Europees netwerk van wetenschappers (ENSSER) beveelt op basis hun bevindingen aan om, in het licht van de onvoorspelbaarheid, het gebrek aan kennis en de mogelijk ernstige negatieve gevolgen voor de biodiversiteit en de ecosystemen, het vrijkomen (inclusief experimenteel) van gene drives in het milieu op te schorten om een goed onderzoek mogelijk te maken totdat er voldoende kennis en begrip is. Bent u bereid om zich ervoor in te zetten dat een wereldwijd moratorium op gene drives onderdeel wordt van de Europese inzet voor de 15de COP van het Biodiversiteitsverdrag? Zo nee, waarom niet?

[1] Motie Ouwehand, 21501-32, nr. 1171

[2] https://www.europarl.europa.eu/doceo/document/B-9-2019-0149_NL.html

[3] https://www.clo.nl/indicatoren/nl0011-biologische-landbouw

[4] https://longreads.cbs.nl/europese-meetlat-2019/biologische-landbouw/

Interessant voor jou

Bijdrage Van Esch over het jaarverslag VWS

Lees verder

Bijrage Wassenberg SO geannoteerde agenda L&V Raad (Bijenrichtsnoer, Boer tot bord)

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer