Bijdrage Wassenberg AO Land­bouwgif


2 november 2020

Voorzitter, de kwaliteit van de natuur blijft achteruit hollen, diersoorten sterven uit en ons water is vervuild. Mest en landbouwgif worden als twee belangrijke oorzaken genoemd. Over mest spreken we overmorgen.

Voorzitter, van de noodzaak om het gebruik van landbouwgif zo snel mogelijk te verminderen lijkt ook de minister overtuigd. In de Toekomstvisie Gewasbescherming schrijft ze het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen zo veel mogelijk te willen voorkomen. Maar die mooie woorden worden niet gevolgd door daden. Want in het Uitvoeringsprogramma bij deze Toekomstvisie staan geen kwantitatieve reductiedoelen en ook concrete maatregelen ontbreken. Voorzitter, zo gaan wij het toch niet halen? In de Tussenevaluatie van de nota Gezonde Groei, Duurzame Oogst schrijft het PBL dat vrijwilligheid niet mag overgaan in vrijblijvendheid. En dat gebeurt nu wel.

Die nota stelde concrete doelen voor 2023. En die worden niet gehaald! In plaats van met concrete maatregelen te komen – verplichte reductie-afspraken met de sector, van de markt halen van de meest schadelijke middelen, intensiveren van het toezicht – schuift de minister de deadline naar voren tot 2030. Over 3 jaar halen we het niet, dan proberen we het gewoon over 10 jaar. Wie dan leeft, dan zorgt.

Voorzitter, de minister schrijft dat telers via ‘weerbare planten en teeltsystemen’ straks, in 2030, geïntegreerde gewasbescherming toe kunnen passen. Maar die geïntegreerde gewasbescherming is al sinds 2014 Europees verplicht! Herinnert de minister zich dat Nederland dit voorjaar een schriftelijke waarschuwing van de Europese Commissie heeft gehad, omdat die geïntegreerde gewasbescherming niet wordt toegepast en gecontroleerd? Waarom denkt de minister dat Nederland zich de komende jaren niet aan de Europese richtlijn hoeft te houden?

Dieren die in en rond het water leven, hebben direct last van het gifgebruik: recente cijfers laten zien dat het risico voor waterleven door landbouwgif is toegenomen. Drie insecticiden: deltamethrin, esfen-valeraat en lambda-cyhalothrin, die één duizendste van het totale gebruik omvatten, veroorzaken 90% van het risico. Voor de eerste twee stoffen voegt het Ctgb, vanwege het stapeleffect, nu een extra zin toe aan de gebruiksvoorschriften. Maar voorzitter, we weten dat in 2019 één derde van de gecontroleerde telers de spuitregels overtrad! Dan gaat zo’n extra zin op het etiket niet helpen. Kan de minister middelen op basis van deze giftige stoffen zo snel mogelijk verbieden?

Voorzitter, voor heel Nederland is landbouwgif een risico. Uit onderzoek weten we dat landbouwgif tot diep in beschermde natuurgebieden wordt aangetroffen, en zelfs in luiers van baby’s. Luchtwegaandoeningen en leukemie komen vaker voor bij omwonenden van maïsvelden en roulatieteelt met aardappelen. De Gezondheidsraad adviseert het voorzorgsprincipe te hanteren en stelt dat het effect op jonge en ongeboren kinderen een erkend hiaat is in de toelatingsprocedure voor pesticiden. Tijdens een technische briefing van de Gezondheidsraad vorige week bleek dat internationale studies wel degelijk sterke aanwijzingen laten zien voor ontwikkelingsstoornissen bij jonge kinderen door landbouwgif. Gaat de minister uit voorzorg spuitvrije zones instellen totdat gegarandeerd is dat omwonenden geen effect ondervinden? En dus niet wéér met telers en omwonenden in overleg, want dat gebeurt al 15 jaar zonder resultaat. En gaat de minister pleiten voor een strengere veiligheidsmarge bij de toelatingstesten ter bescherming van jonge en ongeboren kinderen, zo lang die effecten niet volledig in beeld zijn? De coronacrisis laat zien dat we wel uit voorzorg maatregelen kunnen nemen. Waarom gebeurt dat hier niet?

Het hanteren voor een maximale toxiciteitsdruk in kwetsbare gebieden vindt mijn fractie een zeer verstandig idee. Ik vraag de minister om naast natuurgebieden ook woningen, scholen en speelplekken in de buurt van landbouwpercelen te benoemen als kwetsbare gebieden.

Dan het bijenrichtsnoer. De toelating van landbouwgif vindt plaats op Europees niveau. Momenteel wordt gesproken over de testen voor honingbijen, wilde bijen en hommels. Daar gaat het heel slecht mee. De Kamer heeft zich vorig jaar uitgesproken voor het originele bijenrichtsnoer, met een acceptabele insectensterfte door het pesticide van maximaal 7%. Bij de herziening van het richtsnoer mag niet aan dat beschermingsniveau getornd worden: dan gaat u in tegen de wens van de Kamer. Kan de minister toezeggen dat zij zal pleiten voor een sterfte van honingbijen, wilde bijen en hommels van maximaal 7% van de populatie of het bijenvolk door een pesticide?

Voorzitter, ik sluit af met een positieve noot. Nederlandse tuincentra hebben met elkaar afgesproken voor 2022 de verkoop van glyfosaat aan particulieren te stoppen. Kan de staatssecretaris toezeggen dat het wetsvoorstel dat een verbod op de verkoop van bestrijdingsmiddelen aan particulieren mogelijk maakt met spoed naar de Kamer komt, en dat een verkoopverbod daarna ook snel ingevoerd zal worden?

Interessant voor jou

Bijdrage Wassenberg aan debat over dieren in de veehouderij

Lees verder

Bijdrage Wassenberg over Vuurwerk

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer