Kamer­vragen aan de ministers van BiZa en Konink­rijks­re­laties over het hard­handige poli­tie­op­treden tegen achttien demon­stranten die flyers uitdeelden voor een dieren­winkel


Indiendatum: jun. 2008

Vragen lid Ouwehand aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het hardhandige politieoptreden tegen achttien demonstranten die flyers uitdeelden voor een dierenwinkel

  1. Hoe beoordeelt u het politieoptreden tegen achttien demonstranten die flyers uitdeelden voor een dierenwinkel om het winkelend publiek te informeren over de verkoop van bontartikelen en de huisvesting van de in de winkel te koop aangeboden dieren, zoals te zien is op beelden van AT51?
  2. Deelt u de mening van de geciteerde advocaat dat er geen grond bestond om de demonstratie op te breken, zeker nu volgens hem blijkt dat deze vooraf was aangemeld bij gemeente? Zo ja, hoe wilt u voorkomen dat een vergelijkbare situatie zich vaker voor zal doen? Zo neen, kunt u dit toelichten?
  3. Acht u de kwalificatie “vervelend, misschien wel intimiderend”, zoals de politiewoordvoerder de demonstratie betitelt, voldoende grond voor het verbieden van het uitdelen van flyers? Zo ja, kunt u dit toelichten?
  4. Kunt u aangeven wie de beoordeling maakt of (groepen) mensen “vervelend, misschien wel intimiderend” zijn en hoe de keuze tot stand komt om over te gaan tot opbreken van een demonstratie?
  5. Kunt u aangeven welke criteria hierbij worden gehanteerd en wie die criteria bepaalt?
  6. Kunt u aangeven hoeveel demonstraties jaarlijks door de politie worden opgebroken en om welk soort demonstraties het hierbij gaat?
  7. Deelt u de mening van de in het artikel geciteerde advocaat dat de politie dierenactivisten te makkelijk onder terroristen schaart? Zo ja, welke conclusies verbindt u hieraan en op welke wijze bent u voornemens hier verandering in te brengen? Zo neen, kunt u dit toelichten?

(1) Zie http://www.depers.nl/binnenland/208135/Flyeren-voor-een-bontwinkel-is-er-niet-meer-bij.html en
http://www.at5.nl/nieuwsartikel.asp?newsid=35447

Indiendatum: jun. 2008
Antwoorddatum: 4 jul. 2008

Antwoorden van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op vragen van het lid Ouwehand (PvdD) over het hardhandige politieoptreden tegen achttien demonstranten die flyers uitdeelden voor een dierenwinkel.

1
Hoe beoordeelt u het politieoptreden tegen achttien demonstranten die flyers uitdeelden voor een dierenwinkel om het winkelend publiek te informeren over de verkoop van bontartikelen en de huisvesting van de in de winkel te koop aangeboden dieren, zoals te zien is op beelden van AT5?

1
Op zaterdagmiddag 31 mei verzamelde zich nabij de dierenwinkel een groep van ongeveer 20 personen die aandacht vroegen voor dierenleed en daarbij flyers uitdeelden aan winkelend publiek. Deze betoging was niet, zoals vereist op grond van de Wet openbare manifestaties, aangemeld bij de gemeente. Vanwege de omvang én het gedrag van de groep in relatie tot de beperkte ruimte was er al snel sprake van een blokkade. De demonstranten deelden op een zodanige wijze flyers uit dat er sprake was van verstoring van de openbare orde, bestaande uit intimiderend gedrag en het beletten van de vrije doorgang en de toegang tot winkels. Het winkelende publiek kon de dierenwinkel en de naastgelegen winkels niet of nauwelijks meer bereiken. Daarop is door de ondernemers de hulp van de politie ingeroepen. De demonstranten zijn door de politie aangesproken op het waarborgen van een vrije doorgang en het voorkomen van wanordelijkheden. Hiertoe diende de demonstratie een tiental meters te worden verplaatst naar een breder gedeelte van dezelfde winkelstraat. Toen bleek dat geen gehoor zou worden gegeven aan de aanwijzing van het bevoegde gezag, heeft de politie getracht de groep opzij
te duwen. Hierop vormde de groep direct arm-in-arm een blokkade en werden spreekkoren aangeheven waarbij kwalificaties als «fascisten» werden gebruikt. Vervolgens is de politie volgens de bestaande procedures overgegaan tot het beëindigen van de blokkade. Daarbij werd aanzienlijk verzet gepleegd en ontstonden zodanige wanordelijkheden dat door het opheffen van de blokkade impliciet een eind moest worden gemaakt aan de betoging. Uiteindelijk zijn twee actievoerders gearresteerd.

2
Deelt u de mening van de geciteerde advocaat dat er geen grond bestond om de demonstratie op te breken,
zeker nu volgens hem blijkt dat deze vooraf was aangemeld bij gemeente? Zo ja, hoe wilt u voorkomen dat een
vergelijkbare situatie zich vaker voor zal doen? Zo neen, kunt u dit toelichten?

2
Gelet op het antwoord op vraag 1 deel ik de mening van deze advocaat niet. Overigens is een oordeel over dit optreden, dat plaatsvond onder de verantwoordelijkheid van de burgemeester, voorbehouden aan de gemeenteraad van de gemeente Zaanstad.

3
Acht u de kwalificatie «vervelend, misschien wel intimiderend», zoals de politiewoordvoerder de demonstratie betitelt, voldoende grond voor het verbieden van het uitdelen van flyers? Zo ja, waarom?

3
De korpsbeheerder van het regionale politiekorps Zaanstreek-Waterland heeft mij gemeld dat de politiewoordvoerder burgers heeft geciteerd die hebben gemeld dat het gedrag van betogers als vervelend en
intimiderend werd ervaren, zonder daar verder een waardeoordeel over te willen uitspreken. De flyers werden
uitgedeeld tijdens een niet aangemelde demonstratie waarbij ook de vrije doorgang belemmerd werd en er wanordelijkheden dreigden.

4
Kunt u aangeven wie de beoordeling maakt of (groepen) mensen «vervelend, misschien wel intimiderend» zijn en hoe de keuze tot stand komt om over te gaan tot opbreken van een demonstratie?

4
De politieagenten ter plaatse maken een eerste beoordeling van de situatie en van de noodzaak tot optreden. Indien de politie oordeelt dat optreden noodzakelijk is wordt de burgemeester, onder wiens gezag het optreden ter handhaving van de openbare orde plaatsvindt, geadviseerd de betoging te beëindigen.

5
Kunt u aangeven welke criteria hierbij worden gehanteerd en wie die criteria bepaalt?

5
De criteria op grond waarvan een betoging kan worden beëindigd zijn opgenomen in de Wet openbare manifestaties. In dit geval is opgetreden in het belang van het verkeer (vrije doorgang in de beperkte ruimte ter plaatse van de winkel) en ter voorkoming van wanordelijkheden.

6
Kunt u aangeven hoeveel demonstraties jaarlijks door de politie worden opgebroken en om welk soort demonstraties het hierbij gaat?

6
Nee, hierover wordt geen landelijke registratie bijgehouden. Voor een inzicht in de praktijk wijs ik u op het rapport van de Nationale ombudsman «Demonstreren staat vrij: veel gestelde vragen van demonstranten». Ik zal u binnenkort mijn reactie geven op dit rapport, zoals uw Vaste Commissie voor Binnenlandse Zaken mij heeft
gevraagd.

7
Deelt u de mening van de in het artikel geciteerde advocaat dat de politie dierenactivisten te makkelijk onder terroristen schaart? Zo ja, welke conclusies verbindt u hieraan en op welke wijze bent u voornemens hier verandering in te brengen? Zo neen, waarom?

7
Er is geen sprake van dat deze betogers worden gezien als terroristen. Er is opgetreden wegens verstoring van de openbare orde.

Interessant voor jou

Kamervragen aan de minister van LNV over gesjoemel met herkomst eieren op markt

Lees verder

Kamervragen aan de minister van LNV over de foto’s in het geïntegreerde jaarverslag van het Ministerie van LNV over 2007

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer