Bijdragen Van Raan en Ouwehand Begroting Infra­structuur en Water­staat


29 november 2017

Bijdragen eerste termijn:

De voorzitter:
Het woord is aan de heer Van Raan van de fractie van de Partij voor de Dieren.

De heer Van Raan (PvdD):
Dank u wel, voorzitter. Ook wij zullen onze bijdrage in tweeën doen. Collega Ouwehand gaat in op schadelijke stoffen. Ook ik heb een verhaal in drie blokjes. Dat is mij goed bevallen.

De voorzitter:
Dat is de trend van vandaag: blokjes.

De heer Van Raan (PvdD):
Ja, het thema van vandaag is "blokjes". Dat had ik eerst niet, maar nu wel. Het eerste blokje is "een mooi vergezicht". Het tweede blokje is "een moeilijke spagaat". Het derde blokje is "een elegante uitweg".

Eerst het vergezicht: zou het niet mooi zijn als we leven in een wereld met schone lucht, duurzame mobiliteit en duurzame omgang met grondstoffen en als we schadelijke stoffen zouden uitbannen? Dat zijn precies de speerpunten uit de beleidsagenda die staan op pagina 9 van de voorliggende IenW-begroting. Dat schetst een mooi beeld. Tot zover ook het blokje "een mooi vergezicht".

We gaan nu naar het blokje "moeilijke spagaat". Als we de elementen uit de IenW-begroting in samenhang zien, dan ontstaat er een heel ander beeld. De coalitiepartijen zien heel graag "de samenhang", "het totaalbeeld". We zagen dat ook in de discussie over het Belastingplan: "het totaalpakket". Dat andere beeld is het beeld van de moeilijke spagaat.

Een van de speerpunten is: naar een schone lucht. Nou, hartstikke mooi, maar tegelijkertijd wordt dwangmatig ingezet op groei van de luchtvaart, waaronder de uitbreiding van Schiphol en de opening van Lelystad Airport, met grote gevolgen voor veiligheid, milieu, klimaat en de leefomgeving van de omwonenden. Er worden geen maatregelen genomen tegen de toename van ultrafijnstof die gepaard gaat met de groei van de luchtvaart. Dat is een bekend verschijnsel. Onderschrijft de minister onze conclusie dat als de resultaten van het onderzoek, dat wel wordt uitgevoerd, pas over drieënhalf jaar bekend worden, een mogelijke uitbreiding allang geschied zal zijn? Het zou heel vervelend zijn als je er dan achter komt dat die fijnstofuitstoot heel schadelijk is. Graag een mening.

Tegelijkertijd heeft de Staat hoger beroep ingesteld in een zaak van Milieudefensie waarin juist meer inzet voor schone lucht wordt geëist. De Staat is gesommeerd om per direct alles te doen of na te laten wat nodig is om de luchtkwaliteit te laten voldoen aan de EU-normen. Toch bleef "uitstel" het magische woord. Een nieuw actieplan luchtkwaliteit laat nog weer een extra jaar op zich wachten, zo hebben we gehoord. De Staat heeft al twaalf jaar uitstel gehad op het gebied van uitstoot van fijnstof. Genoeg is genoeg, dunkt ons. Graag in dezen een reactie van de staatssecretaris.

Een ander speerpunt is: naar een duurzame mobiliteit. Maar tegelijkertijd wordt de btw op treinkaartjes verhoogd. Dagelijks zal dit, niet volgens ons maar volgens de NS, duizenden mensen de trein uit jagen. Het speerpunt is "naar een duurzame mobiliteit", maar tegelijkertijd wordt juist het wegverkeer gestimuleerd. "Van A naar B" noemt de VVD dat. Wij noemen het "van A naar afgrond", want we weten dat meer asfalt niet werkt. Los van de onwenselijkheid van opoffering van grond voor extra asfalt is meer asfalt geen oplossing voor het fileprobleem. Meer wegen leiden immers niet tot minder files. Graag een reflectie daarop.

En dan: duurzaam omgaan met grondstoffen. Maar tegelijkertijd lijkt de nadruk bij de circulaire economie nog steeds te liggen op recycling, terwijl we eigenlijk toe moeten naar een verminderde consumptie. Zelfs als het gaat om recycling laat de regering haar oren hangen naar conservatieve brancheorganisaties, die zich blijven verzetten tegen noodzakelijke ingrepen, zoals het uitbreiden van het statiegeldsysteem.

Mijn collega Esther Ouwehand gaat straks wat dieper in op het laatste punt: de uitbanning van schadelijke stoffen.

Voorzitter. Het is dus een uiterst moeilijke spagaat: aan de ene kant schitterende voornemens en aan de andere kant zaken uitvoeren die die voornemens om zeep helpen. Ik ben benieuwd naar de reactie van de minister op dit gebied.

En dan het blokje "de mooie uitweg". Om dit gespleten beleid recht te trekken is, zacht gezegd, overduidelijk nog heel wat werk aan de winkel. Een mooi uitgangspunt om uit dat doolhof, die spagaat te komen, zou zijn te beseffen dat het systeem van oneindige groei op een eindige planeet ons gevangen houdt. Is de minister het met ons eens dat wat eens een goed systeem leek, inmiddels achterhaald en vastgelopen is, en dat we onze basisvoorzieningen zullen moeten halen binnen de grenzen van het ecosysteem? Misschien hoort zij hierin al een beetje het boek Doughnut Economics van Kate Raworth. Als zij het niet kent, kan zij te rade gaan bij minister Kaag, want die heeft inmiddels een exemplaar van het boek. We moeten onze basisbehoeften halen binnen de grenzen van de planeet.

Als we vaststellen dat het huidige systeem is vastgelopen, wil ik inzoomen op twee voorbeelden. Die gaan over wat de staatssecretaris in haar vorige rol als Kamerlid zo mooi zei, bijvoorbeeld over luchtkwaliteit: in haar Actieplan Gezonde Lucht breekt D66 een lans voor het invoeren van milieuzones, het beperken van snelheidsverhogingen en het verkleinen van de veestapel. Is de staatssecretaris het met ons eens dat we hier nog steeds op in moeten zetten en we daar vandaag een eerste stap in kunnen zetten? De tweede zaak is zwerfafval en de langverwachte uitbreiding van het statiegeldsysteem. Er ligt hier een prachtige doelstelling om het aantal flesjes in het zwerfafval in drie jaar tijd met 90% terug te dringen. Onderzoek heeft uitgewezen wat hiervoor de beste methode is, namelijk uitbreiding van het statiegeldsysteem. Nederland is hierin allang niet meer de koploper die het wel wenst te zijn. We vertrouwen erop dat de staatssecretaris hierin de juiste vervolgstappen zal zetten. Wat is in haar ogen de juiste vervolgstap?

Wij hebben in tweede termijn nog een aantal prachtige moties, die de staatssecretaris en de minister zeker zullen aanspreken.

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:
Daar zien wij nu al naar uit. Het woord is nu aan mevrouw Ouwehand. Zij gaat drie minuten het woord tot ons richten. We zijn erg benieuwd hoeveel blokjes dat zullen zijn.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter, dank u wel. Allereerst welkom aan de bewindslieden, die we nog kennen uit een vorig leven hier in de Kamer.

Er is een glyfosaatoorlog gaande. Gisteren is in Europa iets besloten over glyfosaat, het meest gebruikte landbouwgif ter wereld. Het zit ongeveer in al onze lichamen; zo veel wordt het gebruikt. Je kan geen biertje drinken of boterham eten zonder glyfosaat binnen te krijgen. Europa was van plan om te zeggen dat het nog tien jaar lang gebruikt mocht worden. Het goede nieuws is dat dit nu gereduceerd is tot vijf jaar. Het slechte nieuws is dat vijf jaar natuurlijk nog veel te lang is. We voerden daar in deze Kamer al heel veel debatten over. Samen met D66 heeft de Partij voor de Dieren in 2014 al een motie aangenomen gekregen waarin stond: laten we dan in elk geval dat omstreden landbouwgif niet meer aan particulieren verkopen. Een verbod dus op Roundup van Monsanto en een verbod op de verkoop van glyfosaat aan mensen die hun boodschapjes doen in een tuincentrum of waar dan ook. Het kabinet heeft toen gezegd dat die motie niet helemaal uitgevoerd kon worden en is overgegaan tot het volgende compromis: het mag nog wel verkocht worden, maar mensen mogen het dan niet op de tegels gieten. Wij zeiden toen al dat dat een tikkie onhaalbaar was. We weten inmiddels uit de verhalen van de heer Dijkstra van de VVD dat hij dat glyfosaat gewoon nog steeds op zijn tegels giet, omdat hij daar lekker zijn algen mee weg kan halen. Dus dat het niet handhaafbaar was, blijkt uit de verhalen van de VVD-fractie.

Ik zie een interruptie.

De heer Von Martels (CDA):
Ja, inderdaad een interruptie. Bent u niet bij het verkeerde debat aanwezig? Volgens mij heeft u de verkeerde bewindspersonen voor u, want mevrouw Schouten gaat over gewasbeschermingsmiddelen. Daar heeft u het nu over, volgens mij.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Jazeker, maar de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, voorheen Milieu, gaat over het gebruik van landbouwgif buiten de landbouw. Dat betreft dus de verkoop van chemische bestrijdingsmiddelen aan particulieren, maar ook het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen door gemeenten om onkruid te bestrijden. Haar voorganger heeft verschillende initiatieven in gang gezet. Als het goed is, wordt het gebruik fors teruggedrongen, maar we zijn er nog niet helemaal. Ik wil daar dus wel een paar vragen over stellen, hopelijk met steun van het CDA.

De heer Von Martels (CDA):
Dit onderwerp is al zo vaak besproken. Ik weet niet hoe vaak u het nog onder de aandacht wilt brengen, maar als dat wekelijks is dan denk ik op een gegeven moment: volgens mij is er nu genoeg over gezegd. In Europa is men tot de conclusie gekomen met vijf jaar te verlengen. Wij conformeren ons daar in Nederland aan, zeker ook omdat ook de minister dat standpunt heeft ingenomen.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Dat is hartstikke leuk, maar het mooie is dat er rond glyfosaat heel spannende dingen gebeurd zijn. In het Europees Parlement hebben verschillende partijen, die ook in dit huis vertegenwoordigd zijn — en niet in de laatste plaats het CDA — gestemd vóór een resolutie die zegt: binnen vijf jaar moeten we van dat spul af, zowel binnen als buiten de landbouw. Zelfs Esther de Lange van het CDA blijkt het met ons eens te zijn. Ik had nooit gedacht dat ik het zou zeggen, maar hulde voor Esther de Lange, die voor die resolutie heeft gestemd. Een andere CDA-collega in het Europees Parlement heeft ook voor die resolutie gestemd. Dat wilde ik maar voorleggen aan dit kabinet. Het is grappig, want de huidige minister was op dat moment, denk ik, in gesprek met premier Rutte over haar aanstaande post. Zij heeft die stemming dus gemist, maar bij mij hangt-ie op mijn prikbordje achter mijn bureau. De enige partijen die niet vinden dat je glyfosaat zou moeten uitfaseren en ervan af zou moeten, zijn de VVD en de SGP. Dat waren de enige twee partijen die tegen waren. De rest zegt met elkaar: kom op jongens, maak een einde aan glyfosaat. Dat is toch een unicum?

Dus mijn vraag aan de staatssecretaris — want die gaat daar wel degelijk over — zou zijn: moeten wij niet het voorbeeld van Frankrijk volgen? Dat zegt er binnen drie jaar vanaf te zijn. Klaar. Dan gaat het vooral over haar portefeuille buiten de landbouw. Dat is ook van groot belang voor wat we aan boeren gaan vragen. We vragen ook aan boeren om het gebruik echt fors te minderen. Dan zou je zeggen: we geven buiten de landbouw als eerste even het goede voorbeeld. En dan moeten we dus niet naar de heer Dijkstra kijken, die het alsnog gewoon op zijn tegeltjes giet.

De green deals die zijn gesloten over de uitzonderingen op het verbod op glyfosaat buiten de landbouw lopen in 2020 af. Kunnen we met elkaar afspreken dat er, als het met vrijwillige maatregelen niet gelukt is, binnen drie jaar wel een wettelijk verbod komt op het gebruik van glyfosaat op al die uitzonderingen die nu nog zijn toegestaan?

De heer Remco Dijkstra (VVD):
Ik moet even iets rechtzetten. Ik stak weliswaar mijn duim op, maar ik gooi geen glyfosaat op mijn tegeltjes. Simpelweg omdat ik niet vaak thuis ben.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Oké, dan weersta ik de verleiding om te vragen of iemand anders dat in huize Dijkstra misschien toch doet. Het kabinet vertelt consumenten dat zij eigenlijk geen chemische bestrijdingsmiddelen mogen gebruiken, geïntegreerde gewasbeschermingsmiddelen moeten toepassen en pas in uiterste nood zo'n middeltje mogen gebruiken in eigen tuin. Het lijkt er dan toch niet op dat de VVD-fractie die aanpak van het kabinet goed ter harte heeft genomen.

Ik zou dus met de staatssecretaris het volgende willen afspreken: in 2020 zijn we buiten de landbouw helemaal af van het gebruik van glyfosaat. De verkoop aan particulieren zou in 2018 geëvalueerd worden. Er is al een hele poos een wetsvoorstel in voorbereiding om de juridische grondslag te bieden om dat verbod daadwerkelijk te kunnen effectueren. Kunnen we dat wetsvoorstel op korte termijn tegemoetzien, zodat we dat verkoopverbod, waar de Kamer al in 2014 om heeft gevraagd, daadwerkelijk snel in gang kunnen zetten?

Dank u wel.

Interrupties eerste termijn:

De heer Van Raan (PvdD):
Denkt de heer Von Martels dat de RAI, de BOVAG en de ANWB gek zijn?

De heer Von Martels (CDA):
Dat is een retorische vraag, denk ik.

De voorzitter:
Ik zou hem toch maar beantwoorden.

De heer Von Martels (CDA):
Nee, het antwoord is uiteraard nee.

De heer Van Raan (PvdD):
Dat is fijn om te horen. Ik ben dat ook met de heer Von Martels eens. Zij stellen namelijk dat meer asfalt helemaal niet helpt tegen files. Is de heer Von Martels het ermee eens dat het aanleggen van meer asfalt niet het instrument is? Is de heer Von Martels het dan met die niet-gekke RAI, niet-gekke Bovag en niet-gekke ANWB eens dat het enige goede wapen tegen het filemonster rekeningrijden is?

De heer Von Martels (CDA):
Ik heb al heel veel theorieën gehoord over hoe we het fileprobleem moeten oplossen. Wat mij betreft is het nog steeds een combinatie van factoren. Het ene kan echt niet zonder het andere. We zullen ook extra asfalt nodig hebben. Daar ben ik van overtuigd. Daar zijn wij van overtuigd. En ook dat wordt ondersteund door allerlei wetenschappers die daarvan overtuigd zijn. Maar ik ben het met u eens: ik ken de theorie van genoemde organisaties. Die zijn zeker niet gek, maar we zullen moeten bekijken hoe we de filedruk kunnen verminderen, ook in combinatie met alle zaken die zij aandragen. Ik heb echt niet de illusie dat we binnen een aantal jaren geheel vrij zijn van files, maar we moeten wel een bijdrage leveren om bepaalde knooppunten op te lossen door extra financiële middelen beschikbaar te stellen voor de aanleg van asfalt.

(...)

De heer Van Raan (PvdD):
Ik werd er even door getriggerd dat veiligheid vooropstaat en ook dat het OVV-rapport daarin leidend is. Als je het OVV-rapport leest, staat daar eigenlijk in dat bij de uitbreiding van vliegbewegingen boven Nederland, of dat nu Lelystad is of Schiphol, eerst de overheid de centrale regie moet terugnemen en ook dat er een luchtruimindelingsbesluit moet komen, structureel, voordat we kunnen spreken over uitbreiding, anders komt de veiligheid in gevaar. Is het CDA het daarmee eens?

De heer Amhaouch (CDA):
Nu al, in de huidige situatie, dus voordat we het luchtruim gaan herindelen, was veiligheid belangrijk, is die belangrijk en blijft die belangrijk. De OVV heeft in het rapport duidelijk aangegeven dat het nu niet onveilig is, maar waarschuwt er wel voor dat de veiligheid niet achteruit mag gaan, dus dat wij alle mogelijkheden moeten aangrijpen om het nog veiliger te maken. Ja, met de herindeling van het luchtruim kunnen we weer wat ruimte creëren, ook voor groei voor Schiphol daar waar die nodig is en zodat we nog veiliger kunnen vliegen.

De heer Van Raan (PvdD):
Het CDA zegt dat veiligheid belangrijk is. Dat is mooi.

De heer Amhaouch (CDA):
"Prioriteit" hebben we het zelfs genoemd.

De heer Van Raan (PvdD):
Prioriteit zelfs. Hartstikke goed. Maar is het voor het CDA de belangrijkste prioriteit, en het belangrijkste? Of is het een van de prioriteiten?

De heer Amhaouch (CDA):
Veiligheid is prioriteit.

De heer Van Raan (PvdD):
Nummer één? Of nummer twee? Of nummer drie?

De heer Amhaouch (CDA):
Prioriteit. Wij gaan niet mensen in gevaar brengen, wij gaan geen omwonenden in gevaar brengen. Wij gaan geen mensen in het vliegtuig in gevaar brengen. Wij gaan geen mensen op de baan of die daar werken in gevaar brengen. Veiligheid is prioriteit.

De heer Van Raan (PvdD):
Dat is dus nummer 1; goed om te weten.

(...)

De heer Van Raan (PvdD):
Toen D66 nog voor een vleestaks was, is er een congres geweest dat heeft gezegd: we moeten geen vleestaks hebben. De heer Pechtold heeft in dit huis toen ook gezegd: ja, het congres is nu eenmaal het hoogste bestuursorgaan, en dat volgen wij. Dat was voorlopig het einde van de vleestaks. Nou heeft het D66-congres ook een motie aangenomen over de herindeling van het luchtruim en de opening van Lelystad. Die luidt dat Lelystad niet kan worden geopend voordat het luchtruim zodanig is ingedeeld dat de overlast minimaal is. Dat betekent in gewonemensentaal dat het de herindeling betreft van na 2023. Dus is de heer Jetten het eens met het congres van D66, dat heeft gezegd dat Lelystad, als het al opengaat, niet eerder open kan gaan dan na 2023? Of legt de heer Jetten de uitspraak van het hoogste orgaan van D66 naast zich neer en gaat hij dus selectief shoppen in de uitspraken van het congres?

De heer Jetten (D66):
Deze Kamer heeft dit najaar volgens mij een tiental moties aangenomen over Lelystad Airport. D66 was bij veel van die moties een van de mede-indieners. Die moties hebben, toen nog de staatssecretaris, een aantal opdrachten meegegeven voor de opening van Lelystad Airport. Daarbij gaat het erover dat er alleen maar vliegbewegingen vanaf Schiphol naar Lelystad verplaatst mogen worden, zodat je daar niet weer die gekke autonome groei krijgt die we de afgelopen jaren op Schiphol hebben gezien. We hebben moties aangenomen over versnelling van de herindeling van het luchtruim. We hebben moties aangenomen over het beperken van de hinder boven Oost-Nederland. Sinds dat debat in het najaar is een hoop gebeurd. Sinds dat debat is er nieuwe informatie naar buiten gekomen over de MER voor Lelystad en hebben wij een aantal heel interessante analyses gekregen van onder andere HoogOverijssel. Dat heeft ertoe geleid dat onze fractie opnieuw kritisch aan het kijken is naar Lelystad Airport. Daarom houdt de Kamer op dit moment ook een aantal technische briefings. U weet ook dat die technische briefings op initiatief van D66 en het CDA worden voortgezet. De minister komt binnenkort met de vliegroutes voor Lelystad. Wij zullen heel kritisch gaan beoordelen wat de overlast is van die vliegroutes en of de MER voldoende goed is uitgevoerd. Dan zullen wij waarschijnlijk in januari een uitgebreid debat met de minister voeren over de vraag of de voorwaarden voor Lelystad voldoende zijn ingevuld of niet.

De heer Van Raan (PvdD):
Dank voor het antwoord. U geeft eigenlijk antwoord op een andere vraag, namelijk: zijn er moties ingediend door D66 in dit huis? Dat klopt, maar de vraag was: gaat D66 de op het eigen congres aangenomen motie overnemen? Gaat de D66-fractie in dit huis de aangenomen motie van het D66-congres overnemen, ja of nee?

De heer Jetten (D66):
Wij zien als fractie de motie van ons congres als in lijn met de inzet die wij al maanden plegen op Lelystad Airport, namelijk de lijn dat wij heel erg kritisch zijn op de mogelijke overlast en hinder die door Lelystad Airport ontstaan. De motie die door het congres is aangenomen, is een belangrijke duw in de rug voor onze lijn. Dat betekent dat wij bij de komende debatten, bij de nieuwe informatie vanuit de MER, bij de vaststelling van de vliegroutes heel kritisch zullen kijken of er aan de voorwaarden is voldaan.

De heer Van Raan (PvdD):
Dat is een verheugend antwoord, want met D66 zullen wij ook kritisch kijken of D66 inderdaad die motie van het eigen congres uitvoert.

De heer Jetten (D66):
Dat is mooi.

Interessant voor jou

Bijdrage Arissen Wetgevingsoverleg Water

Lees verder

Inbreng Implementatiewet herziene richtlijn betaaldiensten

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer