Bijdrage Van Esch aan debat over water


7 juni 2022

Dank u, voorzitter. De waarschuwing dat de waterkwaliteit de nieuwe stikstofcrisis wordt, valt nu eigenlijk al niet meer te negeren. In 2027 moeten de normen echt gehaald worden, anders ligt straks ook daar de vergunningverlening stil. Wij zien nu al de parallellen met de stikstofcrisis, en wij niet alleen. De stikstofproblemen begonnen namelijk niet pas in 2019, en dit geldt natuurlijk ook voor de al decennialang niet gehaalde waterkwaliteitsnormen. Want laten we eerlijk zijn: al jaren worden opeenvolgende kabinetten gewaarschuwd, mede door onze eigen partij. Ik heb het nog even opgezocht. In 2013 dienden wij al een motie in voor het wél halen van de Kaderrichtlijn Water in 2027, die ook nog is aangenomen in 2013. Nu, in 2022, zien we waar we zijn. De schadelijke effecten van onder andere het mestoverschot op de natuur- en de waterkwaliteit verdwijnen niet. Het grote probleem is dat de natuur, ook nu, nog geen verdienmodel heeft. Dus zitten we nog steeds in die "who cares"-situatie. Pas toen het bij de rechter lag, kwam er na zoveel jaren eindelijk een beetje beweging in de stikstofzaak, maar laten we dat niet meer dan "een beetje beweging" noemen.

Gaan we op het gebied van de waterkwaliteit nu echt wachten tot er economische schade optreedt, zo vraag ik de minister. Daar ben ik wel benieuwd naar. Heeft dit kabinet dan niks geleerd van de stikstofcrisis in de afgelopen jaren? En ziet het dan niet dat we nu op een watercrisis afstevenen? De overheid kan gewoon uit voorzorg beperkingen opleggen aan de economische activiteiten van, in dit geval helaas vooral toch weer, de landbouw, om in de toekomst een pijnlijke tik van de rechter te voorkomen. Maar helaas -- dat las ik ook al -- heeft deze minister gezegd de doelen uit de Kaderrichtlijn Water niet te gaan halen in 2027. Daarmee sorteert ook deze minister dus al voor op rechtszaken. Ik lees dan wel die mooie woorden in het coalitieakkoord, namelijk dat bodem en water sturend gaan zijn, maar ik vraag me af: hoe dan? En waarom moeten we tot september wachten als er een plan ligt? Wat gaan we nú dan niet doen in afwachting van dat plan?

Een ander steeds terugkerend probleem in Nederland is de verdroging. De heer De Groot gaf het al aan. Dat is een immens groot probleem. Ook dit jaar hebben we weer een kurkdroge lente, en ook nu zijn we nog steeds niet uit de gevarenzone. We stellen deze vraag vaker, en ik blijf 'm opnieuw stellen: wat gaat deze minister concreet doen om het water veel beter vast te houden en ook het peil te verhogen? Wat gaat hij doen om de al genoemde illegale waterputten te voorkomen? Hoe gaat hij ervoor zorgen dat we de natuurlijke oplossingen, die voorhanden zijn, nu ook daadwerkelijk gaan toepassen, om te voorkomen dat we elk jaar in dezelfde situatie terechtkomen? Want ook dit jaar zagen we rondom de voorjaarsdroogte weer een aantal vreemde zaken. Een van die vreemde bepalingen staat in onze eigen Waterwet. Het lijkt ons namelijk van essentieel belang dat we ook in periodes van droogte voldoende drinkwater behouden, maar in de Waterwet staat de mogelijkheid dat boeren die te weinig beregeningswater hebben in droge periodes schadeclaims kunnen indienen bij drinkwaterbedrijven. De klimaatcrisis is inmiddels een feit, en we zullen steeds vaker met die langere, droge periodes te maken krijgen. Deze wetsbepaling lijkt dus niet toekomstbestendig te zijn. De overheid kent ook de verdringingsreeks, die stelt dat de drinkwatervoorziening bij watertekorten een hogere prioriteit moet krijgen dan het beregenen van gewassen. Ik ben ook benieuwd of de minister bereid is om de Waterwet op dit punt te wijzigen, omdat het toch niet zo kan zijn dat drinkwaterbedrijven moeten blijven betalen voor de schadeclaims die vanuit de landbouw komen. Graag een reactie.

Ook ga ik ervan uit dat deze minister zeer, zeer betrokken is bij het Nationaal Programma Landelijk Gebied, waar we met z'n allen op aan het wachten zijn. Ik ben daar heel erg benieuwd naar. Het kan natuurlijk niet zo zijn dat de punten van deze minister ten aanzien van de stikstofcrisis -- het is ook een watercrisis -- niet heel duidelijk naar voren komen.

Een van de grote vervuilers van ons water is de mest uit de veehouderij. Ook dat is een feit. Ik ben wel benieuwd of deze minister kan aangeven of er al gekeken wordt hoe de 800 miljoen die in het coalitieakkoord is uitgetrokken -- dat hangt samen met het Nationaal Programma Landelijk Gebied -- wordt uitgegeven. Wordt dat ook uitgegeven om een einde te maken aan het mestoverschot en om het aantal dieren in de veehouderij te verkleinen? Wat gaat er specifiek gebeuren met het budget dat gekoppeld is aan het Nationaal Programma Landelijk Gebied?

Voorzitter, tot slot wil ik het hebben over onze overzeese gebieden, want de klimaatcrisis is een enorm gevaar voor Caribisch Nederland. Gemiddeld genomen gaat de zeespiegelstijging daar sneller dan elders. Ondanks deze duidelijke gevaren zijn daar volgens de minister geen waterveiligheidsnormen nodig. Ik blijf dat een opmerkelijk antwoord vinden op schriftelijke vragen. Kan de minister aangeven wie eindverantwoordelijk is voor het voorkomen van watersnood op de eilanden, zeker aangezien daar geen waterschappen zijn? Kan de minister uitleggen wat het verschil is tussen de verantwoordelijkheid van gemeenten op het Europees vasteland versus die van de bijzondere gemeenten van de BES-eilanden? Want we vragen toch bijvoorbeeld ook niet aan Texel om daar zelf maar de zeespiegelstijging te gaan oplossen?

Voorzitter, ik kom echt op mijn laatste vraag. Dan rond ik af. Is de minister het ermee eens dat de BES-eilanden betere ondersteuning verdienen op het gebied van zeespiegelstijging? Hoe gaat deze minister die dan leveren?

Dank u wel.

Interessant voor jou

Schriftelijke inbreng over de vogelgriep en de geitenstop

Lees verder

Bijdrage Van Raan aan debat over regionale luchthavens

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer